Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1593/JB, 21 oktober 2008, beroep
Uitspraakdatum:21-10-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/1593/JB

Betreft: [klager] datum: 21 oktober 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. U. van Ophoven, namens

[...], geboren op 12 januari 1991, verder te noemen klager,

gericht tegen een beslissing van 27 juni 2008 van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Ter zitting van de beroepscommissie van 21 augustus 2008, gehouden in de justitiële jeugdinrichting (j.j.i.) Den Engh te Den Dolder zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman voornoemd, en de selectiefunctionarissen [...] en [...].

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift -voor zover in beroep nog aan de orde- van klager gericht tegen de beslissing hem weg te plaatsen uit de j.j.i. De Doggershoek en over te plaatsen naar de j.j.i. de Heuvelrug, locatie Eikenstein
ongegrond
verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 6 september 2004 gedetineerd.
Bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak d.d. 21 februari 2005 is aan klager de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen opgelegd. De tenuitvoerlegging van de maatregel is begonnen op 8 maart 2005.
Klager verbleef in de behandelinrichting De Doggershoek te Den Helder.
Vanuit deze inrichting is hij op 13 mei 2008 geselecteerd voor de normaal beveiligde afdeling van de opvanginrichting j.j.i. De heuvelrug, locatie Eikenstein te Zeist.

3. De standpunten
Namens klager is het beroep tegen de beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
De behandeling in De Doggershoek, weliswaar met grote vertraging tot stand gebracht, verliep goed. Klager volgde alle behandelingen. Ook zijn beoordelingen waren goed. Niet valt uit de stukken op te maken wat de aanleiding voor de overplaatsing is
geweest.
Er worden algemene termen gebezigd als manipulatief en agressief gedrag. Dat waren nu juist de tekortkomingen van klager waarvoor hij in behandeling was. Verder wordt aangegeven dat het personeel van De Doggershoek niet in staat zou zijn klager te
begrenzen. Vraag is dan of er in een andere inrichting sprake is van een andere vorm van begeleiding zodat die begrenzing wel mogelijk is. Door de overplaatsing heeft de behandeling vertraging opgelopen. Daarnaast is klager erg ontevreden over het
kwijtraken van zijn recht op verloven. Juist hiermee kon hij laten zien dat hij vrijheden aankon. Te meer nu het er op lijkt dat de overplaatsing enkel op problemen binnen de inrichting is gebaseerd.
Klager heeft ter zitting het volgende aangevoerd. Altijd als klager opnieuw ergens komt, moet hij weer opnieuw beginnen met een behandeling. Klager wordt ten onrechte afgeschilderd als agressief en manipulerend. Hij is daarentegen vrolijk en opgewekt.
Klager heeft de indruk dat men een hekel aan hem heeft en hem daarom telkens om onbegrijpelijke redenen overplaatst. Hij wil zijn eerdere verworven rechten op verloven terug.

De selectiefunctionaris heeft de beslissing als volgt toegelicht.
De directeur van de j.j.i. De Doggershoek heeft verzocht om overplaatsing van klager vanwege intimiderend gedrag en ernstige verbale en fysieke agressie, onder andere gooien met stoelen. Klager had voorts veel mogelijkheden om mensen te manipuleren en
mensen tegen elkaar uit te spelen. Het personeel was niet voldoende in staat hem te begrenzen. Op het moment dat dat wel gebeurde werd klager agressief en kon hij ook dreigend worden. De Doggershoek bezat op dat moment niet de mogelijkheden om klager
de
structuur en de grenzen te geven die hij nodig had. Daarbij bleek dat de behandelaar het ingezette verloftraject, onder voornoemde omstandigheden, te optimistisch vond.

4. De beoordeling
Het beroepschrift richt zich tegen de ongegrondverklaring van het bezwaar tegen de beslissing tot klagers overplaatsing van j.j.i. De Doggershoek naar j.j.i. De Heuvelrug, locatie Eikenstein (opvang, in afwachting van herselectie). Hangende dit beroep
is klager overgeplaatst naar de locatie Veenpoort van de j.j.i. Het Poortje (behandelinrichting). Nu het beroep in de kern is gericht tegen wegplaatsing van klager uit j.j.i. De Doggershoek naar j.j.i. De Heuvelrug, kan klager in zijn beroep worden
ontvangen.

Klager ondergaat de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen. Hiervoor zijn de behandelinrichtingen bestemd. In afwachting van herselectie kan ingevolge artikel 9, tweede lid, onder d, Bjj plaatsing in een opvanginrichting plaatsvinden.
De locatie Eikenstein is normaal beveiligd

Vast staat dat de directeur van De Doggershoek de selectiefunctionaris een gemotiveerd verzoek tot overplaatsing en herselectie ten aanzien van klager heeft gedaan. De selectiefunctionaris heeft ten tijde van het nemen van de beslissing in redelijkheid
op de door de directeur in dat kader verstrekte inlichtingen mogen afgaan en kunnen beslissen tot overplaatsing en herselectie van klager. Uit die inlichtingen komt immers naar voren dat er sprake was van manipulerend en agressief gedrag van klager.
Voorts komt daaruit naar voren dat de directeur er voor heeft gekozen om klager te doen overplaatsen en herselecteren, omdat hij door zijn moeilijk te begrenzen gedrag niet langer te handhaven was binnen de Doggershoek. De wisseling van behandelaars en
een wijziging van de setting kan een positief effect hebben op de behandeling van klager.
Overigens is het niet aan de beroepscommissie te treden in de door de behandelaars en het personeel gemotiveerd aangevoerde argumenten voor overplaatsing en herselectie.
De beslissing van de selectiefunctionaris kan daarom, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet onredelijk of onbillijk worden genoemd
Het beroep zal dan ook ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. D.A. Flinterman, voorzitter, drs. B. van Dekken en mr. R.S.T. van Rossem-Broos, leden, bijgestaan door mr. I. Lispet, secretaris, op 21 oktober 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven