Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1134/GA einduitspraak, 21 oktober 2008, beroep
Uitspraakdatum:21-10-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/1134/GA (einduitspraak)

betreft: [klager] datum: 21 oktober 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager

gericht tegen een uitspraak van 20 mei 2008 van de beklagcommissie bij de gevangenis/ISD Zutphen,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 15 juli 2008, gehouden in de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Achterhoek, zijn gehoord klager en [...], unit-directeur van voormelde gevangenis. De beroepscommissie achtte zich onvoldoende voorgelicht om op het
beroep te kunnen beslissen en heeft de behandeling van het beroep aangehouden.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft een op 28 januari 2008 opgelegde disciplinaire straf van drie dagen opsluiting in een strafcel, wegens een te laag kreatininegehalte bij een urinecontrole.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
De standpunten van klager en de directeur zijn opgenomen in de tussenbeslissing van 29 juli 2008, waarbij de eindbeslissing is aangehouden om nadere inlichtingen in te winnen bij het Deltalab.

Op 2 oktober heeft het Deltalab gereageerd op de vragen. Een afschrift van deze reactie is ter kennisname verzonden aan klager en de directeur.

3. De beoordeling
Het rapport van het Deltalab van 2 oktober 2008 vermeldt - zakelijk weergegeven - het volgende.
Het Deltalab heeft desgevraagd aangegeven dat het gebruik van Citalopram geen invloed heeft op de bepaling van het THC- en kreatininegehalte in de urine. Urine met een kreatininegehalte van lager dan 2,0 mmol/l wordt beschouwd als verdund. Een
kreatininegehalte van 0,4 tot 0,5 mmol/l kan veroorzaakt worden door bijzonder veel te drinken in een korte tijd of door rechtstreekse verdunning van het geproduceerde urinemonster. Bij een dagelijkse waterinname van drie tot vijf liter water over de
controleperiode is een fluctuatie in het kreatininegehalte van 5,6 tot 0,4 mmol/l niet te verklaren bij een gelijkblijvende lichamelijke conditie.
Het Deltalab heeft de verhouding van het THC-gehalte ten opzichte van het kreatininegehalte beoordeeld, waardoor het verdunningseffect van de urine buiten beschouwing wordt gelaten. In de periode van 24 oktober 2007 tot en met 7 april 2008 neemt die
verhouding eerst af en daarna stijgt die voortdurend. Daarmee is aangetoond dat sprake is van een stijging van de inname (van THC). Daarbij moet een voorbehoud worden gemaakt in geval van toename of afname van de spiermassa en de nierfunctie.
Gelet op de inhoud van het rapport van het Deltalab is de beslissing van de directeur tot oplegging van een disciplinaire straf van opsluiting in een strafcel voor de duur van drie dagen wegens een te laag kreatininegehalte bij een urinecontrole op het
gebruik van drugs
-wat duidt op fraude- niet in strijd met de wet en kan deze evenmin als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. In het bijzonder is uit nader onderzoek gebleken dat de verhouding THC/kreatinine vanaf 24 oktober 2007 eerst afneemt en daarna alleen
maar is toegenomen en dat leidt tot de conclusie dat er sprake is van een stijging van de toename van de THC. Klager moet dus in één of ander vorm THC hebben gebruikt. Er zijn geen aanwijzingen dat het door het Deltalab vermelde voorbehoud in dit geval
van toepassing is. De beroepscommissie is van oordeel dat de beklagcommissie op goede gronden en met juistheid op het beklag heeft beslist. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P. Vegter, voorzitter, L. Diepenhorst MPA en mr. H. Heijs, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.S. Dwarka, secretaris, 21 oktober 2008

secretaris voorzitter

Naar boven