Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 22/30918/GA, 27 mei 2024, beroep
Uitspraakdatum:27-05-2024

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          22/30918/GA

       

Betreft  [klager]

Datum  27 mei 2024

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

Klager heeft beklag ingesteld tegen het niet naar behoren functioneren van de luchtcirculatie op klagers cel.

De beklagrechter bij de Penitentiaire Inrichting (PI) Nieuwegein heeft op 1 december 2022 het beklag ongegrond verklaard (NZ2022-74). De uitspraak van de beklagrechter is bijgevoegd.

Klager heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld.

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsvrouw mr. J.J. Serrarens en de directeur van de PI Nieuwegein (hierna: de directeur) in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

 

2. De beoordeling

Ontvankelijkheid van klager in zijn beklag

Klager klaagt op 8 januari 2022 dat de luchtcirculatie in zijn cel B22 niet naar behoren werkt. Hij bespreekt dit al sinds 2021 met de inrichting.

Het niet functioneren van de luchtcirculatie op klagers cel kan gelijk worden gesteld met een beslissing van de directeur, zoals bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet, als sprake is van een beklag met voldoende belang voor de gedetineerde. Daarvan is in beginsel slechts sprake wanneer de directeur volgens de gedetineerde jegens hem “structureel en in belangrijke mate tekortschiet in zijn verzorgende taken” (Kamerstukken II 1994/95, 24 263, nr. 3, p. 76).

Als voldoende belang bij het beklag ontbreekt – wat dus losstaat van de vraag of het feitelijk klopt wat de gedetineerde heeft gesteld – dan moet de gedetineerde niet-ontvankelijk in zijn beklag worden verklaard.

In de door klager gestelde omstandigheden, zou het (doorlopend sinds 2021) niet functioneren van de luchtcirculatie op klagers cel een structurele en belangrijke tekortkoming in de verzorgende taken van de directeur kunnen zijn. Daarom heeft klager voldoende belang bij een inhoudelijke beoordeling van zijn beklag en is hij terecht ontvangen in zijn beklag.

Inhoudelijke beoordeling

De beroepscommissie heeft het beroepschrift en de overige stukken in het dossier bestudeerd. Op basis van deze stukken is de beroepscommissie van oordeel dat de beklagrechter het beklag terecht ongegrond heeft verklaard. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard. De beroepscommissie ziet in dit geval geen aanleiding om de inhoudelijke overwegingen van de beklagrechter aan te vullen of te wijzigen.

Gelet op wat de beroepscommissie heeft overwogen over de ontvankelijkheid van klager in zijn beklag, zal de beroepscommissie de uitspraak van de beklagrechter bevestigen met wijziging van de gronden.

 

3. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met wijziging van de gronden.

 

Deze uitspraak is op 27 mei 2024 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. J.B. Oreel, voorzitter, mr. A. Jongsma en mr. S.C.M. Wouda-van Velzen, leden, bijgestaan door mr. A. Laagland, secretaris.

 

secretaris         voorzitter

Naar boven