Nummer 23/35272/TA
Betreft [klager]
Datum 12 december 2023
Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van
[klager] (hierna: klager)
1. De procedure
Klager heeft, voor zover in beroep van belang, beklag ingesteld tegen:
a. de op 7 december 2022 opgelegde bel- en postmaatregel (VE-2022-171 en 178);
b. verlenging van de bel- en postmaatregel op 4 januari 2023 (VE-2023-7);
c. verlenging van de bel- en postmaatregel eind januari/begin februari 2023 (VE-2023-55 en -85).
De beklagcommissie bij het Centrum voor Transculturele Psychiatrie (CTP) Veldzicht te Balkbrug heeft op 2 juni 2023 het beklag inhoudelijk ongegrond verklaard. De uitspraak van de beklagcommissie is bijgevoegd.
Klagers raadsman, mr. N. Hannaart, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsman en […], juridisch adviseur bij de instelling, gehoord op de zitting van 24 november 2023 in de Penitentiaire Inrichting (PI) Vught.
2. De standpunten in beroep
Standpunt van klager
Klager heeft van 7 december 2022 tot en met 31 maart 2023 een post- en belmaatregel gehad, wat hij extreem lang vindt. In beroep zijn alleen de ongegrond verklaarde klachten over de bel- en postmaatregel aan de orde. Er is geen sprake geweest van gevaar voor de orde en veiligheid in de instelling. Klager heeft in een gesprek op 8 februari 2023 zijn excuses aangeboden, evenals in een tweede gesprek in die maand. Desondanks is de post- en belmaatregel telkens verlengd. Het klopt niet dat de maatregel voor structuur zou zorgen, dat is verzonnen en ongeloofwaardig. Klager heeft voor structuur geen maatregel nodig. Klager is geen drugsbaron of een maffiabaas die via de telefoon opdrachten geeft. Alle telefoongesprekken worden voor 100% opgenomen, en zijn familie leent zich niet voor dat soort opdrachten. Al zijn telefoongesprekken zijn altijd zuiver. Ook de mensen die hij belt zijn zuiver op de graat.
Uit het feit dat de beklagcommissie de klachten over de verlengingen vanaf maart 2023 gegrond heeft verklaard, blijkt ook dat de maatregel te lang heeft geduurd.
De verlengingsbeslissingen zijn volgens klager hoogstwaarschijnlijk vanuit boosheid of woede van personeel genomen. Hij kon maar eenmaal per week tien minuten bellen, terwijl het bellen het belangrijkste is als je vastzit. Hierdoor heeft hij zijn zieke moeder, zijn neven en nichtjes en de jongens van de sportschool niet kunnen spreken.
Door de instelling zijn wel degelijk fouten gemaakt en is een dikke dolk in klagers rug gestoken. Het ging echt goed met klager op de ICU-B, hij heeft toen gedurende bijna acht maanden geen klachten ingediend. Afspraken zijn echter genegeerd en de rechtbank is onjuist ingelicht. Klager is zich ervan bewust dat hij een verkeerde woordkeuze heeft gebruikt, maar hij was de dupe van fouten en verkeerde beslissingen in de instelling. Hij dient nu alleen nog maar klachten over serieuze zaken in.
Standpunt van het hoofd van de instelling
De post- en belmaatregel is op 7 december 2022 opgelegd, omdat klager een hoofdbehandelaar en collega’s tijdens een openbare zitting fors valselijk heeft beschuldigd en verdere uitlatingen naar buiten voorkomen moesten worden. Het gaat nu beter met klager, er is echt sprake van een positieve ontwikkeling, maar daarvan was eind januari/begin februari 2023 nog geen sprake. Klager bleef ongefundeerde beschuldigingen tegen personeelsleden uiten.
Klager heeft op 8 februari 2023 een gesprek met zijn voormalig hoofdbehandelaar gehad en zegt toen zijn excuses te hebben aangeboden, maar dat is niet zo door de hoofdbehandelaar ervaren. In het gesprek dat klager op 20 februari 2023 had met zijn hoofdbehandelaar, zijn advocaat en maatschappelijk werk heeft klager zijn excuses aangeboden, die zijn aanvaard, en heeft klager aangegeven de door hem ingediende tuchtzaken te zullen intrekken. Daarna hoefde de post- en belmaatregel niet meer verlengd te worden.
3. De beoordeling
De beklagcommissie heeft de klachten over de verlenging van de post- en belmaatregel per maart 2023 gegrond verklaard. In beroep zijn alleen de oplegging van de maatregel op 7 december 2022 en de verlengingen daarvan op 4 januari 2023 en eind januari/begin februari 2023 aan de orde.
Gelet op de stukken en het behandelde ter zitting is voldoende aannemelijk geworden dat de post- en belmaatregel - inhoudende toezicht op post en telefoneren en naast contact met geprivilegieerde personen maximaal eenmaal per week tien minuten bellen met gescreende personen - op 7 december 2022 is opgelegd omdat klager op de openbare verlengingszitting van 6 december 2022 de hoofdbehandelaar heeft gedreigd met tuchtzaken en forse ongefundeerde beschuldigingen over het aanranden van een collega heeft geuit. Anders dan klager heeft gesteld, zijn daarmee de orde en veiligheid in de instelling wel degelijk in het geding. Op 4 januari 2023 en 2 februari 2023 is deze maatregel verlengd, omdat klager destijds bleef volharden in ongefundeerde beschuldigingen jegens personeelsleden, waarmee de orde en veiligheid in de instelling nog steeds in het geding waren.
Voldoende aannemelijk is geworden dat eerst op 20 februari 2023 sprake is van door klager aangeboden en door de hoofdbehandelaar aanvaarde excuses en dat klager toen ook heeft aangegeven de door hem ingediende tuchtzaken te zullen gaan intrekken, wat klager op 26 april 2023 heeft gedaan.
Gelet daarop heeft het hoofd van de instelling in redelijkheid de onder a t/m c genoemde beslissingen in het belang van de orde en veiligheid in de instelling kunnen nemen en kan de duur van de maatregel niet onredelijk lang worden genoemd. Hoewel invoelbaar is dat het beperken van telefonisch contact met het netwerk tot tien minuten per week door klager in die periode als te beperkt is ervaren, is echter geen sprake van een schending van het in artikel 38, eerste lid, van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden neergelegde recht om tenminste eenmaal per week gedurende tien minuten een of meer telefoongesprekken te voeren met personen buiten de instelling.
Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met aanvulling van de gronden.
Deze uitspraak is op 12 december 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit
mr. M.J.A.G. van Baal, voorzitter, dr. T. Jambroes en drs. F.W. Post, leden, bijgestaan door mr. E.W. Bevaart, secretaris.
secretaris voorzitter