Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1835/GV, 29 augustus 2008, beroep
Uitspraakdatum:29-08-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/1835/GV

betreft: [klager] datum: 29 augustus 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. I.A.C. Cools, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 15 mei 2008 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager, alsmede zijn raadsman, om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager heeft in zijn vorige detentie hard gewerkt om in aanmerking te komen voor verlof. Het toegestane verlof verliep steeds zonder problemen. Tijdens zijn laatste verlof in juni 2007 werd klager
aangevallen door een groep jongeren en is hij mishandeld. Uiteindelijk kwam een andere man hem te hulp en gaf klager een vuurwapen. Hiermee heeft klager niet gericht geschoten, maar een aantal malen gevuurd om zijn aanvallers te verjagen. Bij de
onderhavige aanvraag dienen de goed verlopen eerdere verloven, alsmede klagers gedrag binnen de inrichting ook te worden meegewogen. Klager wil zijn verlof elders, bij een vriendin in Rotterdam, doorbrengen om in alle rust aan zijn vrijheid te kunnen
wennen. Er is geen bezwaar tegen het doorbrengen van zijn verlof op dat adres. Klager wil zijn verlof gebruiken om te werken aan zijn terugkeer in de samenleving. Met de gemeente Tilburg zijn reeds contacten gelegd voor een uitkering en met de
woningbouwvereniging over de mogelijkheid van het toegewezen krijgen van een huurwoning.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager heeft tijdens een regimair verlof een nieuw delict gepleegd. Hij was betrokken bij een schietpartij. Het Openbaar Ministerie en de inrichting zijn negatief en in het rapport van de Reclassering is te lezen dat het recidivegevaar erg hoog is.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van de gevangenis Tilburg heeft negatief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag vanwege de hoge recidivekans, gelet op de negatieve adviezen van het Openbaar Ministerie en de Reclassering.
De Officier van Justitie bij het arrondissementsparket te Breda heeft aangegeven dat gezien de documentatie en het type delict (schieten op straat op / in de richting van mensen) verlof niet aan de orde is.
De politie Midden en West Brabant heeft aangeven dat er een reële kans op recidive is, gelet op de aard van de antecedenten en het milieu waarin klager zich pleegt te begeven.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van achttien maanden met aftrek. Aansluitend dient hij een gevangenisstraf van dertig maanden te ondergaan. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 12 februari 2009.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers tweede verlofaanvraag. Hij kan in totaal zes verlofaanvragen indienen.

Uit de stukken komt naar voren dat klager tijdens zijn laatste regimaire verlof een strafbaar feit heeft gepleegd. Hij was betrokken bij een vechtpartij en vaststaat dat hij een vuurwapen heeft gebruikt.
De beroepscommissie is van oordeel dat voornoemde omstandigheid kan worden aangemerkt als contra-indicatie voor verlofverlening. Derhalve kan de beslissing van de Staatssecretaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen en gelet op de
weigeringsgronden zoals bedoeld in artikel 4, onder b en d, van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 29 augustus 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven