Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 23/36625/GB, 24 oktober 2023, beroep
Uitspraakdatum:24-10-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer           23/36625/GB

    

           

Betreft [Klager]

Datum  24 oktober 2023

 

 

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [Klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

De Minister voor Rechtsbescherming (hierna: verweerder) heeft op 12 september 2023 klager opgeroepen om zich op 26 oktober 2023 te melden in de Penitentiaire Inrichting Dordrecht, voor het ondergaan van veertien dagen gevangenisstraf.

Klager heeft daartegen bezwaar ingesteld. Verweerder heeft op 4 oktober 2023 het bezwaar ongegrond verklaard.

Klager heeft tegen deze beslissing beroep ingesteld.

De beroepscommissie heeft kennisgenomen van het beroepschrift, de reactie van verweerder en de overige stukken.

 

2. De standpunten in beroep

Standpunt van klager

Arresten van corrupte rechters behoeven niet te worden opgevolgd en kunnen nietig worden verklaard door levende mensen met volledige volmacht, zoals klager. Het zijn immers eenzijdige contracten die binnen 72 uur kunnen worden afgewezen met een 'No Consent' en het benoemen van de artikelen die zijn overtreden bij de onrechtvaardige vonnissen. Rechtshandelingen waarbij wetten zijn overtreden, zijn ook nietig. Dergelijke rechtshandelingen kunnen zonder tussenkomst van een rechter met terugwerkende kracht nietig worden verklaard, wanneer de artikelen die zijn overtreden worden benoemd. Een vernietigde rechtshandeling kan geen gevolgen hebben, zoals een veroordeling, gevangenisstraf of boete.

De Hoge Raad heeft klagers schriftuur genegeerd. Een schriftuur zou volgens het reglement van de Hoge Raad alleen worden geaccepteerd als het door een advocaat wordt ingediend. Een reglement is geen wet. Dit is het onnodig op kosten jagen van burgers, (rechts)personen en/of levende mensen. Hieruit kan ook meteen de partijdigheid worden afgelezen. Er worden alleen zaken afgedaan met een ‘kliek’. Het gaat helemaal niet om het recht.

Onder verwijzing naar in een beroep overgelegde uiteenzetting van wat zich heeft voorgedaan, kan geen andere conclusie volgen dan dat de gehele rechtshandeling en (alle) processen die daaruit voortvloeien niet kunnen worden beschouwd als rechtsgeldig en aldus nietig moeten worden verklaard.

 

Standpunt van verweerder

De Hoge Raad heeft bij arrest van 9 mei 2023 klagers beroep niet-ontvankelijk verklaard. Hierop heeft het Administratie- en Informatiecentrum voor de Executieketen (AICE) op 11 september 2023 aan de Divisie Individuele Zaken verzocht om de aan klager opgelegde gevangenisstraf ten uitvoer te leggen. Volgens het AICE is klager terecht opgeroepen voor de tenuitvoerlegging van de aan hem opgelegde gevangenisstraf. Voor het overige wordt verwezen naar de inhoud van de bestreden beslissing.

 

3. De beoordeling

De procedure voor zelfmelders is geregeld in hoofdstuk 2 van de Regeling tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen en hoofdstuk 2 van de Beleidsregels tenuitvoerlegging strafrechtelijke en administratiefrechtelijke beslissingen 2021.

Klager heeft bezwaar aangetekend tegen zijn meldoproep, omdat de rechtshandeling van de agent, die de strafzaak tegen klager heeft aangespannen, met terugwerkende kracht nietig zou zijn verklaard. Deze rechtshandeling kan volgens klager dan ook geen rechtsgevolgen hebben als het moeten ondergaan van een gevangenisstraf.

Klager is onherroepelijk veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van veertien dagen. De rechtmatigheid van de aan klager opgelegde gevangenisstraf is in deze bezwaar- en beroepsprocedure niet aan de orde, omdat verweerder uit moet gaan van de rechtmatigheid van een uitspraak van de strafrechter. Gelet daarop had verweerder klager niet kunnen ontvangen in zijn bezwaar (vergelijk RSJ 1 november 2021, 21/23848/GB). De beroepscommissie zal daarom de bestreden beslissing vernietigen en klager alsnog niet-ontvankelijk verklaren in zijn bezwaar. Daarmee blijft de melddatum van 26 oktober 2023 overigens (nog steeds) staan.

 

4. De uitspraak

De beroepscommissie vernietigt de bestreden beslissing en verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn bezwaar.

 

 

Deze uitspraak is op 24 oktober 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. A. Jongsma, voorzitter, mr. M.F.A. van Pelt en drs. M.R. van Veen, leden, bijgestaan door mr. S.F.J.H. Niederer, secretaris.

 

 

 

secretaris         voorzitter

Naar boven