Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 23/36648/SGA, 13 oktober 2023, schorsing
Uitspraakdatum:13-10-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          23/36648/SGA

              

Betreft  [verzoeker]

Datum  13 oktober 2023

 

Uitspraak van de voorzitter van de beroepscommissie van de RSJ op het verzoek van [verzoeker] (hierna: verzoeker)

 

1. De procedure

Verzoeker vraagt om schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging van het openen van alle post, inclusief de geprivilegieerde post, door de directeur van de Penitentiaire Inrichting Nieuwegein (hierna: de directeur).

De voorzitter heeft kennisgenomen van het klaagschrift (beklagkenmerk nm2023-1090).

De directeur is verzocht te reageren op het schorsingsverzoek. Nadat de reactietermijn op verzoek van de directeur is uitgesteld, is geen reactie ontvangen.

 

2. De beoordeling

Verzoeker heeft aangevoerd dat zonder mededeling kopieën van zijn post worden gemaakt en dat de post niet in zijn bijzijn wordt geopend. Dit is volgens verzoeker in ieder geval op 4 oktober 2023 met advocatenpost gebeurd.  Op grond van artikel 36, tweede en derde lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) is de directeur bevoegd toezicht te houden op enveloppen en andere poststukken, onder andere door deze te openen en te kopiëren, maar dat de gedetineerde van de wijze van uitoefenen van toezicht tevoren een mededeling moet worden gedaan. Daarnaast geldt voor post die afkomstig is van (geprivilegieerde) personen of instanties als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Pbw dat deze in het bijzijn van de betrokken gedetineerde moet worden geopend.

De directeur heeft de stellingen van verzoeker niet betwist. De voorzitter gaat daarom uit van de juistheid van die stellingen. Verzoeker ontvangt dus kennelijk voorafgaand aan het kopiëren van zijn post daarvan geen mededeling en zijn geprivilegieerde post wordt buiten zijn aanwezigheid geopend. Dit is in strijd is met de Pbw. De voorzitter zal het verzoek daarom toewijzen.

 

3. De uitspraak

De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing met onmiddellijke ingang tot het moment waarop de beklagcommissie op het onderliggende beklag heeft beslist.

Deze uitspraak is op 13 oktober 2023 gedaan door mr. R.H. Koning, voorzitter, bijgestaan door mr. L. van der Linden, secretaris.

 

secretaris         voorzitter

Naar boven