Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1744/GV, 11 augustus 2008, beroep
Uitspraakdatum:11-08-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/1744/GV

betreft: [klager] datum: 11 augustus 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 7 juli 2008 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft – zo verstaat de beroepscommissie – klagers verzoek tot incidenteel verlof zonder begeleiding of bewaking afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Klager zal in het kader van een nog te starten penitentiair programma (p.p.) deel gaan nemen aan een dagbehandeling bij de forensische poli- en dagkliniek De Tender te Deventer. Klager heeft eerder algemeen
verlof aangevraagd omdat hij al vrij snel de inrichting zal verlaten. Dat verzoek om algemeen verlof is afgewezen. Klager wilde tegen die beslissing beroep instellen maar heeft dit uiteindelijk, toen hij hoorde dat zijn jongste dochter erg onthutst had
gereageerd op het feit dat hij met verlof zou mogen, niet gedaan. Klager heeft vervolgens een verzoek ingediend om naar een intakegesprek te mogen bij De Tender. Klager wilde dat bezoek op eigen gelegenheid afleggen om alvast te kunnen wennen aan de
extramurale vrijheid tijdens het p.p. Slachtofferconfrontatie is bij dit verlof uitgesloten. Tot klagers verbazing werd het verzoek toegewezen met de voorwaarden van strenge bewaking en het aanleggen van een broekstok. Klager begrijpt die voorwaarden
niet, temeer omdat hij over een maand of twee op eigen gelegenheid De Tender zal moeten gaan bezoeken.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is tot vijf jaar gevangenisstraf veroordeeld in verband met een zedendelict. Het Openbaar Ministerie heeft negatief geadviseerd.. Klager is uitgenodigd voor een intakegesprek bij De Tender. Naar aanleiding van de negatieve adviezen is besloten
klager incidenteel verlof te verlenen- zulks om hem in de gelegenheid te stellen later een behandeling in De Tender te starten, maar onder strenge bewaking van medewerkers van de Dienst Vervoer & Ondersteuning en met het aanleggen van de broekstok..
Klager heeft daarop geweigerd om onder begeleiding naar het intakegesprek te gaan, dat plaats had moeten vinden op 24 juli 2008. Omdat klager tot heden geen vrijheden heeft genoten en nog niet is gestart met zijn behandeling acht de Staatssecretaris
een
intake onder begeleiding redelijk.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van de gevangenis VBA Zutphen heeft positief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag en daarbij aangegeven die intake noodzakelijk te achten. Daarbij is aangegeven dat dit incidenteel verlof onder begeleiding kan plaatsvinden.
De Officier van Justitie bij het arrondissementsparket te Almelo heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen de verlening van incidenteel verlof, mits dit enkel wordt gebruikt voor het intakegesprek bij De Tender.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van vijf jaar met aftrek, wegens – kortweg – verkrachting van een persoon jonger dan zestien jaar.

Het beroep is gericht tegen de aan een verleend incidenteel verlof verbonden voorwaarden van strenge bewaking en aanlegging van de broekstok. Hoewel op zich de datum voor de intake – waarvoor dat incidenteel verlof was verleend – is verstreken en
klager
daarvan geen gebruik heeft gemaakt, is voorstelbaar dat op korte termijn een nieuwe afspraak gemaakt kan worden voor een intakegesprek bij De Tender in Deventer. Klager heeft daarom belang bij een beoordeling van het beroep.

De vraag is in deze of de voorwaarden, de strenge bewaking en het aanleggen van een broekstok, niet zwaarder zijn dan strikt noodzakelijk. Uitgangspunt van de detentie is immers dat de gedetineerde aan geen andere beperkingen worden onderworpen dan die
welke voor het doel van de vrijheidsbeneming of in het belang van de handhaving van de orde of veiligheid in de inrichting noodzakelijk zijn. Uit de aan de Staatssecretaris gegeven adviezen met betrekking tot de aanvraag voor incidenteel verlof komt
die
noodzaak niet naar voren. Weliswaar heeft de directeur van de gevangenis VBA Zutphen aangegeven dat begeleiding mogelijk is, maar dit niet noodzakelijk genoemd. De Officier van Justitie heeft aangegeven, anders dan de selectiefunctionaris overweegt,
dat
incidenteel verlof mag worden verleend als dit verlof tot doel heeft het voeren van een intakegesprek bij De Tender en spreekt daarbij niet over het stellen van voorwaarden. Voor zover de Staatssecretaris het advies van de politie Twente heeft
meegewogen, moet daarbij in ogenschouw worden genomen dat dit advies zag op een verzoek om algemeen verlof, waarbij het verblijfadres in de nabijheid van de woonplaats van de slachtoffers zou zijn gelegen. Dit advies behoeft, nu De Tender is gevestigd
in Deventer, in dit geval minder zwaar te wegen.
Het vorenstaande in onderling verband en samenhang bezien, komt de beroepscommissie tot het oordeel dat de noodzaak voor de aan de verlening van incidenteel verlof verbonden voorwaarden in dit geval onvoldoende aannemelijk is geworden en dat met – op
zijn minst genomen – een minder strenge vorm van controle, kan worden volstaan.

Hetgeen hiervoor is overwogen maakt dat de bestreden beslissing van de Staatssecretaris niet in stand kan blijven. Het beroep zal daarom gegrond worden verklaard en aan de Staatssecretaris zal worden opgedragen om een nieuwe beslissing te nemen, zulks
met inachtneming van deze uitspraak, binnen een termijn van twee weken na ontvangst van deze uitspraak. Het moment van ingaan van het incidenteel verlof, dat afhankelijk is van de daadwerkelijke datum voor die intake, kan daarbij worden overgelaten aan
de directeur van inrichting waar klager verblijft.

Nu de rechtsgevolgen van de bestreden beslissing nog ongedaan gemaakt kunnen worden, acht de beroepscommissie geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de Staatssecretaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de uitspraak van de beroepscommissie, binnen een termijn van twee weken na ontvangst van deze uitspraak.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 11 augustus 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven