Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1024/GA, 25 juli 2008, beroep
Uitspraakdatum:25-07-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/1024/GA

betreft: [klager] datum: 25 juli 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de Gevangenis voor beperkt gemeenschapsgeschikten (b.g.g.) De Schie te Rotterdam,

gericht tegen een uitspraak van 21 april 2008 van de beklagcommissie bij voormelde gevangenis, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 16 juni 2008, gehouden in de penitentiaire inrichting (p.i.) De Schie te Rotterdam, zijn gehoord klager, [.... en ....], unit-directeur respectievelijk afdelingshoofd bij de b.g.g. De Schie.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de weigering toestemming te verlenen voor bezoek zonder toezicht.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager is een gedetineerde met een risicoprofiel ‘extreem’. Normaliter impliceert dit een plaatsing van klager in de EBI of Terroristenafdeling
(TA). Op grond van een uitspraak van de beroepscommissie is besloten klager te plaatsen in een inrichting met een normaal beveiligingsniveau, een b.g.g.-afdeling. Het risicoprofiel van klager is daarmee niet veranderd. Op grond van de circulaire van 31
januari 2008 (5522999/07/DJI) gelden voor gedetineerden met het risicoprofiel ‘extreem’ regimespecifieke toezichts- en veiligheidsmaatregelen, waarbij wordt verwezen naar de EBI en TA. Alle bezoek in een EBI en TA is individueel en met toezicht. Het
toestaan van bezoek zonder toezicht bij een gedetineerde met een risicoprofiel ‘extreem’, brengt bijzondere risico’s met zich mee. Deze risico’s worden niet verminderd bij het afluisteren van dergelijk bezoek. Gelet hierop is het weigeren van het
bezoek
zonder toezicht redelijk. Als compensatie is klager een extra bezoekmoment (met toezicht) per week toegestaan, omdat bezoek zonder toezicht voor de andere gedetineerden op de b.g.g. in beginsel wel mogelijk is. De door de beklagcommissie opgedragen
vorm
van bezoek zonder toezicht, waarbij het bezoek moet worden afgeluisterd, is strikt genomen bezoek met toezicht. Het verstrekken van dergelijke opdrachten valt overigens buiten de bevoegdheid van de beklagcommissie.
Gelet op de bijzondere situatie had de directeur er geen moeite mee aan klager bezoek zonder toezicht toe te staan. Het hoofdkantoor van DJI gaf hiervoor echter geen toestemming. Op de b.g.g.-afdeling verblijven geen andere gedetineerden met het
risicoprofiel ‘extreem’. De inrichting is ingericht voor het risicoprofiel ‘hoog’, maar er verblijven thans geen gedetineerden in de inrichting met een dergelijk risicoprofiel. Gelet op de beperkingen die klager worden opgelegd met betrekking tot het
onderhouden van contacten, lijkt het regime op een ebi-regime. Aan klager is driemaal bezoek zonder toezicht toegestaan, zonder dat dit heeft geleid tot veiligheidsincidenten.

Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager heeft ter zitting stukken overgelegd waaruit nog naar voren komt dat stress moet worden vermeden. Sinds klagers overplaatsing vanuit de EBI begint
klager eindelijk te revalideren. Voor klager gaat het met name om de frequentie en de kwaliteit van het bezoek. Klager wil zijn emoties kunnen uiten tijdens het bezoek zonder toezicht. Klagers leven is eindigend. De circulaire waar de directeur naar
verwijst, maakt van het regime op de b.g.g. weer een EBI-regime. Klager ontkent dat hij vluchtgevaarlijk is. Hij leeft nu voor zijn familie. Klager wil van tevoren niet weten dat het bezoek wordt afgeluisterd.

3. De beoordeling
Op grond van artikel 38, vierde lid jo. artikel 36, vierde lid, Pbw kan de directeur bepalen dat tijdens het bezoek toezicht wordt uitgeoefend, indien dit noodzakelijk is met het oog op de handhaving van de orde of veiligheid in de inrichting, de
bescherming van de openbare orde of nationale veiligheid, de voorkoming of opsporing van strafbare feiten, of de bescherming van slachtoffers van of anderszins betrokkenen bij misdrijven.

Vast is komen te staan dat aan klager op grond van de circulaire van 31 januari 2008 (5522999/07/DJI) van de Staatssecretaris van Justitie het risicoprofiel ‘extreem’ is toegekend. Op grond van deze circulaire worden gedetineerden met het profiel
‘extreem’ geplaatst in de EBI of TA. In incidentele gevallen kan hiervan worden afgeweken. Van belang hierbij is dat het toezicht, zoals geïncorpereerd in het regime van de EBI en TA, zoveel mogelijk wordt gecontinueerd.

Naar aanleiding van de uitspraak van de beroepscommissie van 20 december 2007 met nummer 07/2962/GB is besloten klager te plaatsen op de b.g.g.-afdeling met een normaal beveiligingsniveau van de p.i. De Schie. Ter zitting van de beroepscommissie heeft
de directeur verklaard dat op een b.g.g.-afdeling in beginsel bezoek zonder toezicht mogelijk is. In het geval van klager is dat ook driemaal toegestaan, zonder dat dit heeft geleid tot veiligheidsincidenten.
Tegen deze achtergrond is naar het oordeel van de beroepscommissie de noodzaak de beslissing het bezoek zonder toezicht terug te draaien, niet komen vast te staan. Het vorenstaande impliceert tevens dat de noodzaak aanvullende maatregelen te nemen
tijdens het bezoek zonder toezicht door dit bezoek af te luisteren, onvoldoende is aangetoond. Het beroep van de directeur is derhalve ongegrond.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met verbetering van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. A.T. Bol en dr. M. Kooyman, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 25 juli 2008

secretaris voorzitter

Naar boven