Nummer 22/25500/GA en 22/25553/GA
Betreft [klager]
Datum 10 augustus 2023
Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op de beroepen van [klager] (hierna: klager)
en
de directeur van de Penitentiaire Inrichting (PI) Vught (hierna: de directeur)
1. De procedure
Klager heeft beklag ingesteld tegen de beslissing van 18 november 2021 om hem te degraderen naar het basisprogramma (VU 2021/1624).
De beklagrechter bij de PI Vught heeft op 17 januari 2022 dit beklag formeel gegrond verklaard en een vermeend beklag tegen de degradatiebeslissing van 25 november 2021 ongegrond verklaard. De uitspraak van de beklagrechter is bijgevoegd.
Tegen deze uitspraak hebben zowel klagers raadsman mr. H. Külcü, namens klager, (22/25500/GA) als de directeur (22/25553/GA) beroep ingesteld.
De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsman en de directeur van de PI Vught in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.
2. De beoordeling
Beroep van klager
Degradatie van 18 november 2021
Klagers raadsman noemt in zijn beroepschrift weliswaar de beslissing van 18 november 2021, maar voert geen verdere gronden aan ten aanzien van wat de beklagcommissie over de beslissing van 18 november 2021 heeft geoordeeld. Klager zal (wegens het ontbreken van gronden) in zoverre niet-ontvankelijk worden verklaard in zijn beroep.
Degradatie van 25 november 2021
Bij de stukken bevindt zich geen klaagschrift dat specifiek tegen de degradatiebeslissing van 25 november 2021 is gericht en volgens de directeur is er ook geen klaagschrift ingediend. De beslissing van 25 november 2021 betreft – anders dan de raadsman heeft gesteld – geen ‘gewijzigde beslissing van 18 november 2021’, maar een nieuwe beslissing waartegen beklag kon worden ingesteld. Klagers raadsman heeft geen enkele onderbouwing gegeven voor zijn stelling dat er sprake is van één beslissing van de directeur. Gelet hierop heeft de beklagrechter ten onrechte geoordeeld over de degradatiebeslissing van 25 november 2021. De beroepscommissie zal de uitspraak van de beklagrechter daarom in zoverre vernietigen.
Beroep van de directeur
De directeur heeft te kennen gegeven zich te kunnen verenigen met de uitspraak van de beklagrechter ten aanzien van de degradatie van 18 november 2021. Ten aanzien van de degradatiebeslissing van 25 november 2021 geldt dat de uitspraak van de beklagcommissie in zoverre al zal worden vernietigd (bovendien kan de directeur, volgens vaste jurisprudentie, geen beroep instellen tegen de ongegrondverklaring van een beklag door de beklagrechter). De beroepscommissie zal de directeur daarom niet-ontvankelijk verklaren in zijn beroep.
3. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep voor zover dat ziet op de degradatiebeslissing van 18 november 2021 (22/25500/GA).
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter ten aanzien van de degradatiebeslissing van 25 november 2021 (22/25500/GA).
De beroepscommissie verklaart de directeur niet-ontvankelijk in zijn beroep (22/25553/GA).
Deze uitspraak is op 10 augustus 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit
mr. J.B. Oreel, voorzitter, mr. E. Dinjens en mr. R. Raat, leden, bijgestaan door mr. P. de Vries, secretaris.
secretaris voorzitter