Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0922/GB, 15 juli 2008, beroep
Uitspraakdatum:15-07-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/922/GB

Betreft: [klager] datum: 15 juli 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. G.W.L.A.M. Koppen, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 8 april 2008 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem als passant ter herselectie over te plaatsen naar het huis van bewaring van de PI Tilburg (hierna: h.v.b. Tilburg) ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 14 oktober 2006 gedetineerd. Hij verbleef in de PI Tilburg (gevangenis met een beperkt beveiligingsniveau, hierna: b.b.i. Tilburg). Op 14 maart 2008 is hij overgeplaatst naar het h.v.b. Tilburg. Op 31 maart 2008 is hij geplaatst in de
gevangenis met een normaal beveiligingsniveau van de PI Tilburg en op 20 mei 2008 is hij teruggeplaatst in de b.b.i. Tilburg.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Door de selectiefunctionaris is geheel niet gereageerd op de door klager bij bezwaarschrift aangegeven gronden van bezwaar. De beslissing is onvoldoende gemotiveerd. De in het bezwaarschrift aangegeven gronden hadden wel degelijk aanleiding moeten
geven
tot vernietiging van de beslissing en terugplaatsing naar de b.b.i. De openstaande strafzaak werd nog in eerste aanleg beoordeeld. Met de mogelijkheid van hoger beroep en cassatie kon het onherroepelijk worden van de zaak nog geruime tijd op zich laten
wachten, waardoor de kans bestond dat de huidige detentie dan al was beëindigd. Inmiddels is klager op 29 april 2008 vrijgesproken van alle telastgelegde feiten.
Klager heeft al een aantal weken van het b.b.i.-regime gebruik kunnen maken. In die weken hebben zich in het geheel geen problemen voorgedaan. Hij heeft zich al bezig kunnen houden met de voorbereiding van zijn terugkeer in de samenleving en zich
gericht op het herstellen van het contact met zijn familie. Door de abrupte terugplaatsing wordt dit geheel teniet gedaan. Qua gedrag en houding bestonden er geen bezwaren, gezien zijn plaatsing in de b.b.i. Klager kampt al geruime tijd met
hartklachten
en is binnen en buiten de inrichting meermalen onderzocht. Klager beschouwde de mogelijkheid van verlof als een verlichting voor wat betreft de negatieve invloed die detentie op zijn gezondheid heeft. Ten aanzien van medeverdachte [...], tegen wie
eveneens de betreffende strafzaak openstond, is beslist dat de betreffende strafzaak geen belemmering behoeft te vormen voor plaatsing in een b.b.i. Klager wenst op gelijke wijze behandeld te worden. Verzocht wordt om de beslissing ex tunc te toetsen
en
verzocht wordt om te beoordelen of klager voor een tegemoetkoming in aanmerking komt.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Op 14 maart 2008 is door de PI Tilburg het selectievoorstel gedaan om klager als passant ter herselectie te plaatsen in het h.v.b. in verband met een openstaande zaak. Omdat bekend was dat de openstaande zaak op 21 april 2008 behandeld zou worden, is
ervoor gekozen om dit af te wachten alvorens de verdere selectieprocedure te laten plaatsvinden. De rechtbank heeft klager vrijgesproken. Tegen dit vonnis heeft het Openbaar Ministerie hoger beroep aangetekend. In het kader van doorplaatsing na
veroordeling in eerste aanleg is besloten om over te gaan tot verdere selectie en is klager teruggeplaatst naar de b.b.i. Tilburg bij beschikking van 15 mei 2008. Dezelfde dag is hieraan uitvoering gegeven. Verzocht wordt om klager niet-ontvankelijk in
het beroep te verklaren. Subsidiair wordt aangevoerd dat op basis van de beschikbare gegevens een juiste beslissing is genomen. Klager had zelf kunnen weten dat er nog sprake was van een openstaande zaak en dit kunnen melden ten tijde van zijn selectie
voor een b.b.i.

4. De beoordeling
Klager is teruggeplaatst vanuit een b.b.i. naar een h.v.b. in verband met een
openstaande strafzaak, waardoor zijn einddatum niet meer vaststond en niet kon worden vastgesteld of hij voldeed aan de criteria voor plaatsing in een b.b.i. Klager is op 29 april 2008 in eerste aanleg vrijgesproken van de telastgelegde feiten en
daarmee is de grond aan de beslissing van de selectiefunctionaris komen te ontvallen. Gelet op het feit dat klager overeenkomstig zijn wens inmiddels weer is teruggeplaatst in de b.b.i. Tilburg, zal de beroepscommissie volstaan met gegrondverklaring
van
het beroep en nu de rechtsgevolgen van de bestreden beslissing ongedaan zijn gemaakt geen tegemoetkoming vaststellen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 15 juli 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven