Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1429/GB, 6 augustus 2008, beroep
Uitspraakdatum:06-08-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/1429/GB

Betreft: [klager] datum: 6 augustus 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 26 mei 2008 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een andere gevangenis niet-ontvankelijk verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 3 juni 2006 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis/ISD Nieuw Vosseveld te Vught.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager is totaalweigeraar ISD en hij wenst elders geplaatst te worden, omdat de directie en de ISD-begeleiding klager stelselmatig in een kwaad daglicht stellen.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de niet-ontvankelijkverklaring van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klagers verzoek is niet-ontvankelijk verklaard op grond van artikel 18, vierde lid, van de Pbw. Op 29 januari 2008 is een soortgelijk verzoek afgewezen door de selectiefunctionaris. Het ingediende verzoek valt binnen de termijn van zes maanden. Uit de
aangeleverde stukken blijkt dat geen sprake is van gewijzigde omstandigheden.

4. De beoordeling
Artikel 18, eerste lid, van de Pbw houdt in dat een gedetineerde het recht heeft bij de selectiefunctionaris een met redenen omkleed verzoekschrift in te dienen strekkende tot overplaatsing naar een bepaalde inrichting of afdeling. Artikel 18, vierde
lid, van de Pbw houdt in dat indien het verzoekschrift is afgewezen, de gedetineerde zes maanden na die afwijzing opnieuw een dergelijk verzoekschrift kan indienen.
Uit de stukken blijkt dat klager reeds eerder een dergelijk verzoek heeft ingediend, welk verzoek de selectiefunctionaris op 29 januari 2008 heeft afgewezen. Volgens artikel 18 van de Pbw kan klager eerst op 29 juli 2008 opnieuw een dergelijk verzoek
indienen. Nu klager zijn verzoek op 20 mei 2008 heeft ingediend, komt de beroepscommissie tot het oordeel dat de selectiefunctionaris op goede gronden en met juistheid heeft beslist. De beroepscommissie beslist dan ook als volgt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema,
voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 6 augustus 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven