Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0291/TA, 14 juli 2008, beroep
Uitspraakdatum:14-07-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/291/TA

betreft: [klager] datum: 14 juli 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 16 november 2007 van de beklagcommissie bij FPI De Rooyse Wissel te Venray, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 8 mei 2008, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam, zijn gehoord klager en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting, [...].

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft:
a. de inbeslagname van 52 gegevensdragers;
b. inbeslagname van computer met toebehoren.

De beklagcommissie heeft onderdeel a van het beklag ongegrond verklaard en klager niet-ontvankelijk verklaard in onderdeel b van het beklag, op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Klager heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager meent dat hij door de beklagcommissie in de gelegenheid had moeten worden gesteld aanwezig te zijn bij de mondelinge behandeling van zijn klacht
voor de beklagcommissie. Klager had niet meer dan 50 gegevensdragers in zijn bezit. De minidisc wordt niet aangemerkt als een gegevensdrager. Weliswaar wordt in de huisregels de minidisc wel genoemd, maar dan zullen ook boeken en tijdschriften als
gegevensdragers moeten worden aangemerkt. Klager heeft geen rapportage gezien van het onderzoek dat heeft plaatsgevonden naar de gegevensdragers. Enkele van de gegevensdragers betroffen muziek cd’s. Klager wilde de twee originele cd’s van John Denver
terug. Dat is niet gebeurd.
Verder ontkent klager de afspraken over het maken van een back-up van de gegevens op zijn computer te hebben geschonden. Deze afspraken zijn overigens niet met klager gemaakt. De inrichting bewijst zijn beweringen niet. De inrichting mag ongestraft
zijn
beschuldigingen uiten. Klager heeft schade geleden door de inbeslagname. Deze schade kan niet meer worden teruggedraaid.
De inbeslagneming van de computer is niet opgeheven. Klager heeft geen beroep ingesteld naar aanleiding van de eerdere uitspraak van de beklagcommissie omdat hij er emotioneel niet aan toe was.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Bij herhaling is geconstateerd dat klager spullen op zijn kamer heeft, die hij niet voorhanden mag hebben. Klager houdt zich niet
aan de afspraken. Het onderzoek richtte zich op de inhoud van de gegevensdragers. Er is niets gevonden. Dit onderzoek is voor klagers overplaatsing naar een andere inrichting afgerond. Het klopt dat de originele muziekcd’s eerder hadden kunnen worden
teruggegeven. Klager is in de gelegenheid gesteld de afdelingscomputer te gebruiken.

3. De beoordeling
Door klager is aangevoerd dat het onderzoek van de beklagcommissie onvoldoende en/of onvolledig is geweest, doordat hij niet in de gelegenheid is gesteld aanwezig te zijn bij de mondelinge behandeling van zijn klacht door de beklagcommissie.
Daargelaten
de juistheid van klagers stelling, kan daaraan voorbij worden gegaan nu het beklag in beroep opnieuw ten gronde wordt beoordeeld.

a.
In onderdeel 7.1. van de huisregels van de inrichting is bepaald dat het bezit van gegevensdragers zoals cd’s, dvd’s en videbanden is beperkt tot maximaal 50. Voor zover het beklag van klager is gericht tegen deze bepaling, kan hij niet in zijn beklag
worden ontvangen omdat geen beklag mogelijk is tegen een algemene voor iedere verpleegde geldende regeling.
Wat betreft de inbeslagname van de gegevensdragers als zodanig, overweegt de beroepscommissie het volgende. Vast is komen te staan dat klager meer dan de maximaal toegestane 50 gegevensdragers in zijn bezit had, waarbij moet worden aangetekend dat op
grond van onderdeel 7.8 van de huisregels de mini-disc als een gegevensdrager moet worden aangemerkt. Het hoofd van de inrichting wilde onderzoek doen naar de inhoud van de gegevensdragers. Klager had – volgens het hoofd van de inrichting – de
afspraken rond het gebruik van de computer geschonden. De beroepscommissie is van oordeel dat onder deze omstandigheden het inbeslagnemen van alle gegevensdragers voor een onderzoek niet onredelijk of onbillijk is. Het beroep is in zoverre ongegrond.
Ter zitting van de beroepscommissie is echter gebleken dat enkele van de cd’s originele muziekcd’s betroffen. De beroepscommissie meent dat deze cd’s direct aan klager hadden kunnen worden teruggegeven en niet pas bij zijn overplaatsing naar een andere
inrichting. Het beroep zal in zoverre gegrond worden verklaard. De uitspraak van de beklagcommissie zal in zoverre worden vernietigd en het beklag zal alsnog gegrond worden verklaard. Nu de rechtsgevolgen van de bestreden beslissing niet meer ongedaan
zijn te maken, komt klager een tegemoetkoming toe. Het hoofd van de inrichting is in de gelegenheid gesteld zijn standpunt hieromtrent te bepalen. De beroepscommissie stelt deze vast op € 10,=.

b.
De beroepscommissie komt tot het oordeel dat de beklagcommissie op goede gronden en met juistheid op het beklag heeft beslist. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep wat betreft onderdeel a van het beklag ongegrond voor zover dit beklag is gericht tegen de inbeslagname van de gegevensdragers en bevestigt in zoverre de uitspraak van de beklagcommissie.
Zij verklaart het beroep wat betreft onderdeel a van het beklag gegrond voor zover dit beklag is gericht tegen het niet tijdig teruggeven van de originele muziekcd’s. Zij vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie in zoverre en verklaart het beklag
alsnog gegrond. Zij bepaalt de aan klager toekomende tegemoetkoming op € 10,=.
De beroepscommissie verklaart het beroep wat betreft onderdeel b van het beklag ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. S.L. Donker, voorzitter, drs. B. van Dekken en mr. R.P.G.L.M. Verbunt, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 14 juli 2008

secretaris voorzitter

Naar boven