Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0776/GB, 10 juli 2008, beroep
Uitspraakdatum:10-07-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/776/GB

Betreft: [klager] datum: 10 juli 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 19 maart 2008 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis/ISD Zoetermeer afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 1 juli 2003 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring(h.v.b.)/ISD Zoetermeer en is op 4 oktober 2007 tijdelijk geplaatst in het h.v.b./ISD Rotterdam te Krimpen aan den IJssel. Op 16 oktober 2007 is hij geplaatst in de
gevangenis De IJssel te Krimpen aan den IJssel.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Niet klager maar een ander had problemen met het personeel. Er is hem daar geen rapport aangezegd. Hij heeft met niemand plannen gemaakt om het personeel iets aan te doen. Hij heeft in vele inrichtingen gezeten, maar heeft nog nooit zoiets gedaan.
Klager krijgt in Krimpen aan den IJssel nauwelijks bezoek. Klager denkt dat andere gedetineerden over hem liegen. Het zou goed zijn als er een onderzoek zou worden ingesteld, want er klopt iets niet.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager is uit Zoetermeer weggeplaatst middels een strafoverplaatsing. Ernstige beheersproblematiek lag ten grondslag aan de overplaatsing. De directeur van de locatie Zoetermeer achtte het aannemelijk dat klager, samen met anderen, daadwerkelijk van
plan was om een of meer personeelsleden ernstig te mishandelen of erger. Een terugplaatsing naar Zoetermeer zou volgens telefonische informatie van de locatie Zoetermeer voor de nodige onrust zorgen en een ongestoorde tenuitvoerlegging van klagers
straf
belemmeren. Bezoekproblemen zijn wellicht niet wenselijk, maar inherent aan een detentiesituatie. Gezien de regio, waarbinnen klager is geplaatst, lijkt het niet waarschijnlijk dat bezoekers grote problemen zullen ondervinden als zij klager wensen te
bezoeken.

4. De beoordeling
4.1. Klager heeft om overplaatsing naar de gevangenis/ISD Zoetermeer verzocht. Hij is eerder vanuit Zoetermeer overgeplaatst naar Krimpen aan den IJssel, omdat er, zoals volgt uit de inrichtingsrapportage, berichten bij het personeel en de directeur
van de locatie Zoetermeer waren binnengekomen dat klager samen met andere gedetineerden, die deel uit maakten van een groep die voor onrust op de afdeling zorgde, twee personeelsleden wilde ‘grijpen’. Volgens telefonische mededeling aan de
selectiefunctionaris wordt gevreesd dat klager bij terugplaatsing naar de locatie Zoetermeer voor onrust zou zorgen.

4.2. Gelet op het bovenstaande is de beroepscommissie van oordeel dat de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk kan
worden aangemerkt. Hetgeen klager heeft aangevoerd over de bezoekmogelijkheden is onvoldoende zwaarwegend om tot een ander oordeel te kunnen komen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema,
voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 10 juli 2008

secretaris voorzitter

Naar boven