Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 22/29323/GM, 9 maart 2023, beroep
Uitspraakdatum:09-03-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer    22/29323/GM
    
            
Betreft    [Klager]
Datum    9 maart 2023


Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [Klager] (hierna: klager)

1. De procedure
Klager heeft beroep ingesteld tegen het medisch handelen van de inrichtingsarts van de locatie Roermond (hierna: de inrichtingsarts). Klager beklaagt zich erover dat hij niet arbeidsongeschikt is verklaard.

De medisch adviseur bij het ministerie van Justitie & Veiligheid heeft bemiddeld. Het bemiddelingsverslag bevindt zich in het dossier.

De beroepscommissie heeft klager gehoord op de digitale zitting van 25 januari 2023. Klagers raadsman, mr. A.G. van den Biezenbos, en de inrichtingsarts hebben schriftelijk laten weten niet op de zitting te verschijnen.

2. De standpunten in beroep
Standpunt van klager
Klager verblijft op dit moment in de Penitentiaire Inrichting Vught. De klacht ziet op het handelen van de inrichtingsarts van de locatie Roermond. 

Klager heeft een nekhernia. Het gaat er klager niet om dat hij niet volledig arbeidsongeschikt is verklaard. Dat is verkeerd beschreven door de medisch adviseur. De inrichtingsarts heeft geadviseerd dat klager twee uur kon werken en dat hij voor de overige twee uur arbeidsongeschikt moest worden verklaard. Daar is klager het mee eens. Het punt is dat klager in de twee uur dat hij niet hoeft te werken, vrijer moet kunnen bewegen. Dit is ook door de inrichtingsarts geadviseerd aan de directeur. Klager moest die twee uren echter op zijn cel verblijven.  Ter zitting heeft klager aangevuld dat hij ook op de werkplaats onvoldoende in de gelegenheid is gesteld om voldoende te bewegen. 

Standpunt van de inrichtingsarts
De inrichtingsarts sluit zich aan bij het bemiddelingsadvies van de medisch adviseur. De inrichtingsarts heeft bepaald dat klager in staat is om twee uur arbeid te verrichten in plaats van een volledige arbeidsongeschiktheid. Klager is tijdens zijn verblijf veelvuldig bij de medische dienst geweest, zowel bij de arts als bij de verpleegkundigen, waardoor hij goed in beeld was en ruime toegang tot de zorg heeft gehad.

3. De beoordeling
Waartegen is het beroep gericht?
Volgens het ingediende beroepschrift is het beroep gericht tegen een beslissing van de medisch adviseur van 16 augustus 2022. De beroepscommissie zal dit verbeterd lezen en het beroepschrift zo uitleggen dat het is gericht tegen het medisch handelen van de inrichtingsarts.

Inhoudelijke beoordeling
De vraag die de medische beroepscommissie kan beantwoorden is of de inrichtingsarts de arbeids(on)geschiktheid van klager afdoende heeft beoordeeld. Volgens het beroepschrift en het standpunt van klager ter zitting moet de klacht van klager zo worden uitgelegd, dat deze ziet op het insluiten tijdens de twee uren dat hij niet geschikt voor arbeid is geacht alsmede het niet voldoende zorgdragen voor aangepaste arbeid door de directeur bij de locatie Roermond, waardoor klager onvoldoende in staat is gesteld om te kunnen bewegen. Het beroep – en de klachten – zijn daarmee niet gericht tegen het medisch handelen van de inrichtingsarts, maar tegen het nalaten van de directeur om (al dan niet) in lijn met het advies van de inrichtingsarts te handelen. 

Gelet hierop kan de klacht niet worden aangemerkt als te zijn gericht tegen het handelen door of namens de inrichtingsarts. Daarom zal de beroepscommissie zich onbevoegd verklaren. 

Nu de medische beroepscommissie niet bevoegd is, kan de beroepscommissie het beroep niet inhoudelijk beoordelen. De beroepscommissie zal de stukken doorsturen naar de beklagcommissie van de locatie Roermond om op de klacht te beslissen. 

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart zich onbevoegd om kennis te nemen van de klacht. Zij bepaalt dat de stukken in handen worden gesteld van de beklagcommissie bij de locatie Roermond om op de klacht te beslissen.


Deze uitspraak is op 9 maart 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. D.W.J. Vinkes, voorzitter, drs. B.A. Geurts en drs. P.J.M. van Puffelen, leden, bijgestaan door mr. A. de Groot, secretaris.
 
 
secretaris    voorzitter
 

Naar boven