Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0220/TA, 9 juli 2008, beroep
Uitspraakdatum:09-07-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/220/TA

betreft: [klager] datum: 9 juli 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. B.G.M.C. Peters, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 17 januari 2008 van de beklagcommissie bij het FPC De Kijvelanden te Poortugaal, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 10 april 2008, gehouden in de penitentiaire inrichtingen te Amsterdam, is gehoord namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...], hoofd behandelingsrapportage.

Hoewel voor klagers vervoer naar de zitting was zorggedragen, heeft hij geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om te worden gehoord.

Klagers raadsvrouw mr. B.G.M.C. Peters was verhinderd ter zitting te verschijnen. Om die reden is een verslag van de zitting opgemaakt en aan partijen toegezonden, waarbij klager en zijn raadsvrouw in de gelegenheid zijn gesteld desgewenst het beroep
nog nader schriftelijk toe te lichten. Bij brief van 16 mei 2008 heeft klagers raadsvrouw een schriftelijke reactie gegeven. Deze brief is ter kennisneming aan het hoofd van de inrichting gezonden.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de oplegging van afdelingsarrest.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Voor de handhaving van de orde en veiligheid in de inrichting was de maatregel niet noodzakelijk. De ijzeren staaf, die de veiligheid in gevaar bracht, was al gevonden. Namens de inrichting wordt gesteld dat er voor gekozen is geen politieonderzoek te
starten, maar door middel van beperkingen van de bewegingsvrijheid en via groepsgesprekken de herkomst van de staaf te achterhalen. Dit betreft onderzoek in het kader van de waarheidsvinding. De beperking van de bewegingsvrijheid is gebruikt om de
herkomst van de staaf te achterhalen en om de dader te vinden. Gedurende de eerste twee dagen na de vondst zijn de afdeling en de kamers onderzocht. De resterende twaalf dagen zijn gebruikt om in de sociaal therapeutische omgeving onderzoek te doen
naar
de waarheid. Niet gemotiveerd wordt waarom de veiligheid de eerste twee weken wel in het geding was en na deze twee weken tot heden niet meer. Het betreft een zeer ingrijpend dwangmiddel waardoor klager wordt getroffen terwijl hij zelf op geen enkele
wijze de veiligheid binnen de inrichting in gevaar heeft gebracht. De beslissing is onzorgvuldig en zonder voldoende motivering genomen.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. De ijzeren staaf die is gevonden was daar recentelijk begraven. De aarde was nog rul. De patio wordt alleen gebruikt door de
afdeling Robijn en iemand van deze afdeling moet de staaf daar hebben begraven. Patiënten van deze afdeling hebben veel vrijheid binnen de inrichting; ze bezitten allemaal een key-card.
Na de vondst van de staaf is in verband met de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting aan alle patiënten van deze afdeling afdelingsarrest opgelegd. Op de afdeling Robijn is het de gewoonte om in het sociaal therapeutisch milieu zaken
te bespreken. Daarom is er voor gekozen om geen politieonderzoek te starten en door middel van beperking van de bewegingsvrijheid en groepsgesprekken de herkomst van de staaf te achterhalen. De eerste twee dagen na de vondst heeft iedereen op de
afdeling verbleven en voorts zijn alle kamers onderzocht. De dagen daarna hebben de patiënten onder begeleiding hun therapieblokken kunnen volgen. In verband met de veiligheid werden de patiënten ook op de afdeling begeleid. Het zou kunnen dat bepaalde
patiënten zich onveilig hebben gevoeld, maar dat moet dan in een groepsgesprek aan de orde worden gesteld. Op grond van bepaalde aanwijzingen zijn ook gesprekken met individuele patiënten gevoerd. De eerste week heeft geen arbeid op de metaalwerkplaats
plaatsgevonden.
Steeds is om de twee dagen door het hoofd behandeling en het multidisciplinair team beoordeeld of het afdelingsarrest moest worden voortgezet. Na twee weken, op 10 oktober 2007, was de veiligheid niet meer in het geding en is de maatregel opgeheven.
De herkomst van de staaf is niet getraceerd.

3. De beoordeling
Op 27 september 2007 heeft het hoofd behandeling de beslissing genomen tot beperking van de bewegingsvrijheid van alle verpleegden, onder wie klager, van de afdeling Robijn, tot de afdeling van verblijf. Zij achtte dit noodzakelijk in het belang van de
handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting, nadat in de grond van de patio van deze afdeling een geslepen ijzeren staaf was gevonden. De staaf was daar recent geplaatst en alleen de patiënten van de afdeling Robijn hadden toegang tot de
patio. Dit is een zeer ernstig incident en de inrichting heeft gekozen om door middel van afdelingsarrest en groepsgesprekken deze kwestie te onderzoeken. Een dergelijk onderzoek vraagt veel zorg en tijd.
De beroepscommissie is van oordeel dat met de vondst van de staaf het gevaar niet was afgewend, maar dat nader onderzoek verricht moest worden naar de herkomst van de staaf en de persoon die daarbij betrokken was. Onder voornoemde omstandigheden is de
beslissing tot de beperking van klagers bewegingsvrijheid tot zijn afdeling, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen niet onredelijk of onbillijk te achten. Daarbij is in aanmerking genomen dat de patiënten van afdeling Robijn, waaronder
klager, na twee dagen weer hebben kunnen deelnemen aan de therapieblokken en dat elke twee dagen is beoordeeld of het afdelingsarrest moest worden voortgezet. Na twee weken was de veiligheid niet meer in het geding en is de maatregel opgeheven.

De beroepscommissie komt tot het oordeel dat de beklagcommissie op goede gronden en met juistheid op het beklag heeft beslist. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr.drs. F.A.M. Bakker, voorzitter, mr.drs. T.A.M. Louwe en prof.mr. C. Kelk, leden, bijgestaan door de secretaris, mr. S.A.H. de Bruin d.d. 9 juli 2008

secretaris voorzitter

Naar boven