Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 22/28768/GA, 14 april 2023, beroep
Uitspraakdatum:14-04-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          22/28768/GA

               

Betreft [klager]

Datum 14 april 2023

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van de directeur van de Penitentiaire Inrichting (PI) Achterhoek te Zutphen (hierna: de directeur)

 

1. De procedure

[klager] (hierna: klager) heeft beklag ingesteld tegen het niet maandelijks toetsen van de aan klager opgelegde toezichtmaatregelen in het kader van zijn plaatsing op de lijst van gedetineerden met een vlucht- en/of maatschappelijk risico (GVM-lijst).

 

De beklagcommissie bij de PI Achterhoek heeft op 1 augustus 2022 het beklag gegrond verklaard (OH-2022-184). De uitspraak van de beklagcommissie is bijgevoegd.

 

De directeur heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld.

 

De beroepscommissie heeft klagers raadsvrouw mr. M.M. Koers gehoord op de digitale zitting van 16 december 2022. De beroepscommissie heeft vervoer voor klager geregeld, zodat hij op de zitting kon worden gehoord. Klager heeft echter geen gebruik gemaakt van die mogelijkheid. De directeur is niet op de zitting verschenen.

 

2. De standpunten in beroep

Standpunt van de directeur

Uit de Penitentiaire beginselenwet noch uit de (nieuwe) Circulaire Gedetineerden met een vlucht- en/of maatschappelijk risico van 8 juli 2021 met kenmerk 3399954 volgt dat de directeur een gedetineerde maandelijks dient te horen omtrent de voortduring van de noodzaak van de maatrelen dan wel dat de directeur dit maandelijks schriftelijk kenbaar dient te maken aan de gedetineerde. Deze in de rechtspraak van de beroepscommissie geformuleerde verplichting is komen te vervallen. De directeur verwijst daartoe naar een uitspraak van de beklagcommissie van de PI Leeuwarden van 5 mei 2022, KC 2022/015.

 

Landelijk is besloten dat geen maandelijkse toetsingsgesprekken met gedetineerden worden gehouden. Er is intern wel maandelijks een GVM-overleg. Daarin wordt ook het belang besproken van familiebezoek voor gedetineerden met een GVM-status. In de circulaire staat niet meer dat er (maandelijks) gesprekken met de gedetineerde moeten worden gevoerd, maar dat er een weging moet worden gemaakt. De gedetineerden zijn erover geïnformeerd dat zij niet langer maandelijks bezocht zullen worden door de directie voor een hoorgesprek. Indien klager hierover met de directie wil spreken kan hij een verzoekbriefje invullen.

 

Standpunt van klager

Het maandelijkse hoorgesprek is juist van belang omdat de directeur van de inrichting lastig bereikbaar is voor gedetineerden. In de meeste mededelingen tot oplegging van GVM-maatregelen staat dat er maandelijks getoetst gaat worden. Gedetineerden ontvangen vaak geen briefje en gaan er dan vanuit dat er niets wordt gewijzigd. De informatie van het Operationeel Overleg waar de directeur zich op baseert, is vaak niet actueel. Het is voor gedetineerden lastig om in te schatten of bepaalde informatie van belang is voor de directeur om mee te wegen. Op het moment dat er geen maandelijkse gesprekken meer plaatsvinden, zal klager alle informatie die wijzigt of van belang is telkens zelf aan de directeur naar voren moeten brengen en sprekersbriefjes moeten invullen. Directeuren komen bijna nooit langs. Het gaat om ingrijpende, zwaarwegende maatregelen. Door deze maatregelen telkens te verlengen zonder klager te horen, geeft klager niet het gevoel dat zijn belangen worden meegewogen terwijl deze belangen maandelijks kunnen veranderen.

 

3. De beoordeling

In RSJ 13 december 2022, 22/27473/GA is beslist dat het horen van de gedetineerde door de directeur in het kader van de maandelijkse toets van de noodzaak van voortduring/handhaving van de eerder – onder de Circulaire Gedetineerden met een vlucht- en/of maatschappelijk risico van 8 juli 2021 – opgelegde toezichtmaatregelen en het maandelijks gemotiveerd schriftelijk kenbaar maken van die beslissing, niet langer door de directeur behoeft te worden uitgevoerd.

 

Gelet op het voorgaande zal de beroepscommissie het beroep gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagcommissie vernietigen en klager alsnog niet-ontvankelijk verklaren in het beklag.

 

4. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag.

 

Deze uitspraak is op 14 april 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. dr. J. de Lange, voorzitter, mr. A.B. Baumgarten en drs. M.R. van Veen, leden, bijgestaan door mr. D. Boessenkool, secretaris.

 

secretaris        voorzitter

Naar boven