Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1387/SGA, 12 juni 2008, schorsing
Uitspraakdatum:12-06-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/1387/SGA

Betreft: [klager] datum: 12 juni 2008

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift van

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in het huis van bewaring/ISD (h.v.b./ISD) Amsterdam.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormeld h.v.b./ISD van 5 juni 2008, inhoudende de oplegging van een ordemaatregel van uitsluiting
van de activiteit arbeid voor de duur van veertien dagen, ingaande op 5 juni 2008 en eindigend op 19 juni 2008, wegens de weigering om deel te nemen aan de arbeid.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift d.d. 6 juni 2008 alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur d.d. 11 juni 2008.

1. De standpunten van verzoeker en van de directeur
Door en namens verzoeker is aangevoerd dat hij zich op 2 juni 2008 ziek heeft gemeld voor de arbeid. Verzoeker is epileptisch patiënt en voelde zich niet goed. Op 4 juni 2008 diende zijn strafzaak bij de rechtbank in Amsterdam. Om 07.30 uur vertrok hij
voor transport naar de rechtbank. Hij kan daarom niet toen niet geweigerd hebben deel te nemen aan de arbeid. Overigens zijn van 5 juni 2008 alle gedetineerden van het h.v.b./ISD in afzondering geplaatst in verband met ‘rellen’ op 4 juni 2008. Klager
begrijpt niet dat hij ook wordt afgezonderd voor iets waarbij hij niet betrokken is geweest.

De directeur heeft onder meer het volgende naar voren gebracht. Verzoeker heeft op 4 juni 2008 geweigerd deel te nemen aan de arbeid. Hij heeft toen aangegeven dat hij zich had ziekgemeld en dat hij epilepticus is. Blijkens navraag bij de medische
dienst van het h.v.b./ISD is daar van een ziekmelding of epileptische klachten van verzoeker niets bekend. De inrichtingsarts heeft verzoeker gezien en aangegeven dat verzoeker arbeidsgeschikt is. Omdat verzoeker geweigerd heeft deel te nemen aan de
arbeid, is hem – in verband met die werkweigering – een ordemaatregel van veertien dagen uitsluiting van de arbeid opgelegd. Dit is de standaardreactie voor iedere gedetineerde die weigert om naar de arbeid te gaan.

2. De beoordeling
Op grond van het bepaalde in het eerste lid van artikel 23 van de Pbw, kan de directeur een gedetineerde voor ten hoogste twee weken uitsluiten van deelname aan een of meer activiteiten indien – voor zover hier van belang – dit in het belang van de
handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting dan wel van een ongestoorde tenuitvoerlegging van de vrijheidsbeneming noodzakelijk is. Daarbij geldt dat een ordemaatregel niet langer zou mogen duren dan noodzakelijk is.

Verzoeker heeft geweigerd deel te nemen aan de arbeid. De voorzitter verstaat dat hiermee bedoeld wordt dat verzoeker geweigerd heeft om een hem gegeven opdracht op te volgen. Uit de reactie van de directeur komt naar voren dat weigering om deel te
nemen aan de arbeid in de inrichting standaard wordt gesanctioneerd met veertien dagen uitsluiting van de arbeid. Een dergelijke standaard sanctionering is naar haar aard geen ordemaatregel maar een disciplinaire straf. Gelet op de omstandigheid dat
artikel 51 van de Pbw voorziet in een dergelijke straf, moet de onderhavige maatregel – naar het voorlopig oordeel van de voorzitter – worden verstaan als een disciplinaire straf. Nu het hier een disciplinaire straf betreft, had klager moeten worden
gehoord alvorens die disciplinaire straf had mogen worden opgelegd. Niet is aannemelijk geworden dat klager voorafgaand aan de strafoplegging is gehoord. Gelet op het vorenstaande zijn er termen aanwezig voor toewijzing van het verzoek, nu de
beslissing
van de directeur niet is genomen met inachtneming van de wettelijke vormvoorschriften van artikel 57 Pbw.

3. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de beslissing van de directeur met onmiddellijke ingang.

aldus gegeven door mr. A. van Waarden, voorzitter, in tegenwoordigheid van B.A. Bogaars, secretaris, op 12 juni 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven