Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0829/GA, 25 juni 2008, beroep
Uitspraakdatum:25-06-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/829/GA

betreft: [klager] datum: 25 juni 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 21 maart 2008 van de beklagcommissie bij de locatie De Berg te Arnhem,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde locatie in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het feit dat is verzuimd transport voor klager te regelen naar een terechtzitting.

De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht. Klager heeft op 31 december 2007 een schrijven ontvangen, waarin hem is medegedeeld dat hij op 23 november 2007 bij verstek is veroordeeld. Hij heeft
begrepen dat de inrichting in deze geen verwijt valt te maken en dat het openbaar ministerie zijn transport had moeten regelen. Hij zou graag zien dat zijn strafzaak opnieuw wordt behandeld dan wel de opgelegde geldboete en rijontzegging wordt
kwijtgescholden.

De directeur handhaaft zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt. Hij voegt daar nog aan toe dat, ook blijkens het beroepschrift van klager, de fout is gemaakt door het openbaar ministerie en niet door de inrichting.

3. De beoordeling
Het klaagschrift betreft het verzuim om transport voor klager te verzorgen naar een kantonzitting op 30 januari 2008 om 10.00 uur. Hij voegt daar zonder nader commentaar aan toe dat dat de tweede keer is dat hem dat overkomt.
Ter zitting van de beklagcommissie trekt klager zijn beklag met betrekking tot het niet verzorgd zijn van transport op 30 januari 2008 in en geeft aan dat zijn klacht zich nu richt op het niet verzorgd zijn van transport op 23 november 2007.
De beklagcommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beklag dienaangaande, omdat hij dat beklag te laat zou hebben ingediend.
De beklagcommissie had klager echter niet-ontvankelijk moeten verklaren, omdat geen sprake is van een klaagschrift terzake. De betreffende klacht moet immers gezien worden als een niet geoorloofde “vermeerdering van eis” van het oorspronkelijke
beklag.
Het vorenstaande leidt tot na te melden beslissing.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met verbetering van gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. P.N.E. Plooij, secretaris, op 25 juni 2008

secretaris voorzitter

Naar boven