Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-20/8121/GA, 25 oktober 2022, beroep
Uitspraakdatum:25-10-2022

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer    R-20/8121/GA
    
            
Betreft    [klager]
Datum    25 oktober 2022


Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van de directeur van de Penitentiaire Inrichting (PI) Leeuwarden (hierna: de directeur)

1. De procedure
[klager] (hierna: klager) heeft beklag ingesteld tegen het niet mogen invoeren van zijn Xbox 360 S (hierna: Xbox).

De beklagcommissie bij de PI Leeuwarden heeft op 18 september 2020 het beklag gegrond verklaard (LW 2020-349). De uitspraak van de beklagcommissie is bijgevoegd.

De directeur heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld.

De beroepscommissie heeft de directeur en klager in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten. De beroepscommissie heeft bij de beklagcommissie de e-mail van de Adviseur Informatiebeveiliging van 29 juni 2020 opgevraagd en heeft daarvan kennisgenomen.

De beroepscommissie heeft op 1 april 2022 bij de directeur nadere inlichtingen opgevraagd. De reactie van de directeur is op 4 april 2022 bij het secretariaat van de RSJ binnengekomen. Klager is in de gelegenheid gesteld op de reactie van de directeur te reageren.

2. De standpunten in beroep
Standpunt van de directeur
De gronden voor het niet verstrekken van klagers Xbox zijn verwoord in het verweerschrift in beklag. De klacht is te laat ingediend en daarmee is klager niet-ontvankelijk. Klager is op 16 april 2020 in de PI Leeuwarden binnengekomen. Er is geen specifieke registratie van klagers verzoek en/of de afwijzing van dit verzoek. Het tijdsbestek tussen de plaatsing en indiening van de klacht bedraagt ruim twee maanden. Uit gegevens van de binnenkomst afdeling delinquenten (BAD) blijkt dat na de plaatsing in de PI Leeuwarden op enig moment zes dozen met goederen voor klager zijn nageleverd vanuit de PI Vught. Uit een werknotitie van de BAD meester blijkt dat op 11 mei 2020 de inhoud van deze dozen met klager is bekeken. Toen zijn er spullen uitgehaald/verstrekt. Het aantal dozen is teruggebracht naar drie en deze zijn op de stelling achtergebleven. Dat betekent dat klager op 11 mei 2020 te kennen is gegeven dat zijn Xbox niet kan worden ingevoerd. Het indienen van een klaagschrift op 23 juni 2020 is in strijd met de termijn van artikel 61, vijfde lid, van de Penitentiaire Beginselenwet (Pbw).

Het invoeren van een Xbox is in strijd met artikel 4.5.1.1, onder b, van de Huisregels van de PI en met de landelijke lijst van verboden voorwerpen op cel (Stcrt. 2019, 53650). Een technische kwetsbaarheidsanalyse heeft meerdere zaken aan het licht gebracht die maakten dat de Xbox niet mocht worden ingevoerd. Op grond hiervan gaat het over een in een algemene regel vastgesteld algeheel verboden voorwerp. Tegen de toepassing van die regel en de daarop gebaseerde weigering staat geen beklag open.

Op verzoek van de beklagcommissie is de firma Strijbosch om een reactie gevraagd. De Firma Strijbosch is geïnformeerd over de mogelijkheid tot onjuist gebruik van de Xbox na verzegeling. De verzegeling zou, volgens informatie uit het onderzoeksrapport van de Servicedesk ICT, in onvoldoende mate dit niet-toegestane gebruik inperken. De firma Strijbosch geeft aan dat zij slechts producten verzegelen op basis van de door de PI gestelde voorwaarden. 

Ook is uitgebreid intern onderzoek laten uitvoeren naar klagers Xbox door de adviseur informatiebeveiliging. Dit leverde een negatief advies op met betrekking tot het invoeren van de Xbox. Dit advies is zwaarwegend in de beslissing om de Xbox niet in te voeren.

Standpunt van klager
Nadat de klacht gegrond is verklaard, wilde de directeur dat klagers Xbox nog een keer naar Strijbosch zou worden gestuurd, ondanks dat de Xbox al was verzegeld. Op 24 september 2020 zou de Xbox worden opgestuurd, maar de directeur heeft dit niet gedaan. De directeur is in beroep gegaan tegen de uitspraak, maar dat betekent niet dat de uitspraak van de beklagcommissie komt te vervallen.

Op 25 september 2020 hoorde klager dat zijn Xbox niet is toegestaan. De Xbox is onderzocht door de adviseur informatiebeveiliging van de PI Leeuwarden en daaruit bleek dat er in de PI Vught internetverbinding is gemaakt door de Xbox. Tijdens de beklagzittingen van 21 augustus 2020 en 18 september 2020 gaf de beklagcommissie aan niet veel waarde te hechten aan de bevindingen van de adviseur informatiebeveiliging en dat Strijbosch zulke dingen hoort te doen.

Klager heeft de Xbox in de PI Vught niet gebruikt, want daar is hij niet toegestaan. Het kan dat met de Xbox ooit internetverbinding is gemaakt, omdat hij tweedehands is. Voordat de Xbox bij klager is gekomen is hij eerst langs Strijbosch gegaan om hem voor €50,- aan alle eisen te laten voldoen. Alle verzegelingstickers zijn nog intact. De Xbox is goedgekeurd en voldoet aan alle eisen. Klager moet hem dus kunnen invoeren.

Er gaat veel tijd overheen en de afspraken worden niet nagekomen. De afspraak was om de Xbox opnieuw naar Strijbosch op te sturen, zodat daar aanpassingen gedaan konden worden om te voldoen aan alle eisen van de inrichting. Dit is niet gebeurd. Er zijn meerdere Xboxen 360 S aanwezig in de PI. Er moet één beleid zijn. Strijbosch is de onafhankelijke partij en niet de adviseur informatiebeveiliging van de inrichting.

3. De beoordeling
Relevante wet- en regelgeving
Artikel 45 van de Pbw luidt:
1.    In de huisregels kan worden bepaald dat het bezit van bepaalde soorten voorwerpen binnen de inrichting of een bepaalde afdeling daarvan verboden is, indien dit noodzakelijk is in het belang van de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting, dan wel de beperking van de aansprakelijkheid van de directeur voor de voorwerpen.
2.    De directeur kan een gedetineerde toestemming geven hem toebehorende voorwerpen, waarvan het bezit niet is verboden ingevolge het eerste lid, in zijn verblijfsruimte te plaatsen dan wel bij zich te hebben voor zover dit zich verdraagt met de volgende belangen:
a)    de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting;
b)    de aansprakelijkheid van de directeur voor de voorwerpen.
3.    De directeur kan aan de toestemming, bedoeld in het tweede lid, voorwaarden verbinden die kunnen betreffen het gebruik van en de aansprakelijkheid voor deze voorwerpen. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld krachtens welke de aansprakelijkheid van de directeur voor voorwerpen die een gedetineerde ingevolge het tweede lid onder zich heeft wordt beperkt tot een bepaald bedrag.
4.    De directeur is bevoegd aan de gedetineerde toebehorende voorwerpen voor diens rekening te laten onderzoeken, teneinde vast te stellen of de toelating of het bezit daarvan kan worden toegestaan dan wel is verboden, ingevolge het eerste onderscheidenlijk het tweede lid.
5.    De directeur is bevoegd voorwerpen ten aanzien waarvan geen toestemming is verleend dan wel die zijn verboden, ingevolge het eerste onderscheidenlijk het tweede lid, in beslag te nemen. Hij draagt zorg dat deze voorwerpen hetzij onder afgifte van een bewijs van ontvangst ten behoeve van de gedetineerde op diens kosten worden bewaard, hetzij voor diens rekening worden gezonden aan de verzender of een door de gedetineerde op te geven adres, hetzij met toestemming van de gedetineerde worden vernietigd, hetzij aan een opsporingsambtenaar ter hand worden gesteld met het oog op de voorkoming of opsporing van strafbare feiten.

De huisregels van de PI Leeuwarden luidden – voor zover in beroep aan de orde - ten tijde van het indienen van het beklag (versie van augustus 2019):
Artikel 4.5.1.1. Verboden voorwerpen
De directeur kan u in elk geval geen toestemming geven om de volgende voorwerpen in uw verblijfsruimte te houden:
B. (…) spelcomputer voorzien van harde schijf, Cd-rom, Dvd en/of modem (…)

Artikel 4.5.1.2. Toegestane voorwerpen
-    (…) verzegelde spelcomputer, t.w. Playstation 1, Playstation 2, Game Cube, Gamepad (zonder zend- ontvangst- en dataopslagmogelijkheden, of waarvan deze mogelijkheden onklaar zijn gemaakt) met noodzakelijke kabels en maximaal 2 controllers (joysticks)
(…) In geval een niet toegestaan voorwerp door middel van het onklaar maken van bepaalde functies naar het oordeel van de directeur wel kan worden toegestaan en hieraan kosten verbonden zijn, ondertekent u daartoe een verklaring van toestemming en gaat u akkoord met de verbonden kosten.

Ontvankelijkheid van klager in het beklag
Tijdigheid
De directeur voert aan dat klager niet tijdig (binnen zeven dagen na het nemen van de beslissing door de directeur) heeft geklaagd. Klager is op 16 april 2020 binnengekomen in de PI Leeuwarden. Volgens de directeur blijkt uit een werknotitie van de BAD-meester dat klager op 11 mei 2020 de inhoud van de dozen heeft bekeken, wat zou betekenen dat hij op 11 mei 2020 wist dat hij zijn Xbox niet mocht invoeren. 

De beroepscommissie is echter van oordeel dat de verstrekte informatie niet kan leiden tot het oordeel dat klager te laat heeft geklaagd. Het formulier dat de directeur heeft overgelegd is ondertekend op 6 januari 2021, maar niet door klager. Er staat op het formulier dat er dozen zijn bekeken op 11 mei 2020. Ook staat er dat een doos met een Xbox is opgeborgen op 21 september 2020. Nu op het formulier drie verschillende data staan en deze ook niet is ondertekend door klager, kan niet worden geoordeeld dat klager zijn beklag te laat heeft ingediend.

Algemeen geldende regeling
Er is geen sprake van een algemeen geldende regeling, want klagers Xbox is geen algeheel verboden voorwerp waarvoor ingevolge artikel 45, eerste en tweede lid, van de Pbw geen toestemming kan worden verleend. Een spelcomputer staat weliswaar op de lijst met verboden voorwerpen en de Xbox 360 S is niet één van de toegestane spelcomputers, maar in de huisregels is ook bepaald dat de directeur kan oordelen dat een niet toegestaan voorwerp door middel van het onklaar maken van bepaalde functies wel kan worden toegestaan. Daaruit leidt de beroepscommissie af dat er een bepaalde mate van beslissingsruimte is voor de directeur. 

Klager heeft de directeur verzocht om zijn spelcomputer te mogen invoeren. De afwijzing van klagers verzoek om zijn Xbox te mogen invoeren volgt niet rechtstreeks uit een algemene regeling, maar de directeur heeft een individuele beslissing gemaakt over de vraag of deze Xbox kan worden toegestaan door het onklaar maken van bepaalde functies. Daarom is de beslissing van de directeur om klagers Xbox niet toe te staan, naar het oordeel van de beroepscommissie, een beklagwaardige beslissing in de zin van artikel 60, eerste lid, van de Pbw. De beklagcommissie heeft klager dus terecht ontvangen in zijn beklag.

Inhoudelijke beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. De directeur heeft tijdens de beklagzitting aangeboden om klagers Xbox op kosten van de inrichting opnieuw door de firma Strijbosch te laten onderzoeken. Volgens klager is dit sindsdien niet gebeurd. Het is de beroepscommissie niet duidelijk geworden waarom klagers Xbox niet kan worden toegestaan wanneer deze opnieuw en deugdelijk wordt verzegeld en bepaalde functies onklaar worden gemaakt. Uit de door de directeur overgelegde technische kwetsbaarheidsanalyse blijkt immers dat het – na opvolging van een aantal aanbevelingen – mogelijk is om een Xbox 360 S veilig te gebruiken in de inrichting. Het beroep zal ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met aanvulling van de gronden.


Deze uitspraak is op 25 oktober 2022 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. A. van Holten, voorzitter, mr. A.M.G. Smit en mr. D.R. Sonneveldt, leden, bijgestaan door mr. A. Laagland, secretaris.
 
 
secretaris    voorzitter

Naar boven