Nummer 22/28783/GB
Betreft [klager]
Datum 5 september 2022
Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [klager] (hierna: klager)
1. De procedure
Klagers raadsman, mr. W.B.O. van Soest, heeft namens klager beroep ingesteld tegen (het uitblijven van) een beslissing van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) over zijn plaatsing op de lijst van gedetineerden met een vlucht-/maatschappelijk risico (GVM).
2. De ontvankelijkheid
Op 1 augustus 2021 is een nieuwe circulaire ‘Gedetineerden met een vlucht- en/of maatschappelijk risico’ in werking getreden, die de circulaire ‘Beleid gedetineerden met vlucht-/maatschappelijk risico’ d.d. 16 juli 2018 vervangt.
Op grond van artikel 22 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden wordt het risicoprofiel vastgesteld op basis van diverse informatie, zoals de bevindingen van het Gedetineerden Recherche Informatiepunt en het Openbaar Ministerie. Het Operationeel Overleg speelt hierin een leidende rol door af te wegen of de GVM-gedetineerde in categorie ‘verhoogd’ of ‘hoog’ moet worden ingedeeld en door te adviseren over de plaatsing van de GVM-gedetineerde.
De selectiefunctionaris besluit sinds 1 augustus 2021, namens de Minister voor Rechtsbescherming, of een gedetineerde op de GVM-lijst wordt geplaatst en welk risicoprofiel wordt toegekend. De directeur van de inrichting stelt de gedetineerde schriftelijk op de hoogte van dit besluit. (Artikel 72 van) de Penitentiaire beginselenwet voorziet echter niet in een rechtsgang met betrekking tot een plaatsing op de GVM-lijst. De beroepscommissie is dan ook niet bevoegd om te oordelen over (het uitblijven van) de beslissing van de selectiefunctionaris. Zij zal zich daarom onbevoegd verklaren om het beroep in behandeling te nemen.
Gedetineerden die het niet eens zijn met hun plaatsing op de GVM-lijst, kunnen zich wenden tot de voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag (zie bijvoorbeeld Gerechtshof Den Haag 11 augustus 2020, ECLI:NL:GHDHA:2020:1384). Daarnaast kan tegen een eventuele beslissing van de directeur van de inrichting tot oplegging van GVM-maatregelen beklag worden ingesteld bij de beklagcommissie.
3. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart zich onbevoegd om het beroep in behandeling te nemen.
Deze uitspraak is op 5 september 2022 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. A. Jongsma, voorzitter, mr. J.M.C. Louwinger-Rijk en drs. M.R. van Veen, leden, bijgestaan door mr. M. Olde Keizer, secretaris.
secretaris voorzitter
Versie informatie document
Publicatie op Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming:
Huidige versie: 1
Datum beschikbaarheid huidige versie: 17-10-2022 (vanaf dit moment beschikbaar op Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming)
Datum document:
Uitspraakdatum: 05-09-2022