Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/3363/GA, 8 mei 2008, beroep
Uitspraakdatum:08-05-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Vermissing  v

Uitspraak

nummer: 07/3363/GA

betreft: [klager] datum: 8 mei 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 30 november 2007 van de beklagcommissie bij de gevangenis Veenhuizen,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 7 maart 2008, gehouden in de p.i. Noord te Hoogeveen, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. A.D. Kloosterman en de unit-directeur, [...].

Desgevraagd zegt klager nog een lijst te zullen opstellen van alle boodschappen die niet nagezonden zijn. Bij brief van 11 maart 2008 heeft klager nader gereageerd.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het zoekraken van goederen na celontruiming.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager heeft toestemming gegeven om de bederfelijke waren aan een medegedetineerde te geven. Klager begrijpt wel dat bederfelijke waar wordt vernietigd, maar een aantal onaangebroken boodschappen heeft klager niet ontvangen. Zo zijn o.a. de pakken
appelsap, koek, olie, koffie en waspoeder niet nagezonden. Het gaat om een bedrag van € 250,=.
Na zo’n lange tijd kan klager niet meer aangeven om welke boodschappen het precies ging.

De unit-directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
In beginsel worden bij een celontruiming alle etenswaren, die aangebroken zijn of bederfelijk, vernietigd. Op het celontruimingsformulier staan alle goederen vermeld, die in een cel worden aangetroffen.

3. De beoordeling
Op het door het personeel opgestelde celontruiminsformulier ontbreken de door klager geclaimde spullen. Nu klager heeft verklaard niet meer te kunnen aangeven om welke boodschappen het ging is niet meer vast te stellen welke goederen klager mist. Gelet
op het feit dat bederfelijke etenswaren, niet meegenomen kunnen worden op transport en om hygiënische redenen worden vernietigd, acht de beroepscommissie klagers beroep met betrekking tot de achtergebleven boodschappen ongegrond.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J.C. van Kamp, voorzitter, mr. H.Heijs en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 8 mei 2008

secretaris voorzitter

Naar boven