Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0154/GB, 2 april 2008, beroep
Uitspraakdatum:02-04-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/0154/GB

Betreft: [klager] datum: 2 april 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 4 januari 2008 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op 17 maart 2008 is klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. B.D.W. Martens, in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam gehoord door een lid van de Raad, bijgestaan door de secretaris.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers bezwaar tegen de overplaatsing naar de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) Westlinge te Heerhugowaard ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 21 juni 2006 gedetineerd. Hij verbleef in de in zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.). Het Keern te Hoorn. Op 14 december 2007 is klager overgeplaatst naar de b.b.i. Westlinge.

3. De standpunten
3.1. Klager en zijn raadsman hebben aangevoerd hetgeen is vermeld in het verslag van horen dat aan deze uitspraak is gehecht.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Een van de onderdelen van het programma van een z.b.b.i. is werken bij een werkgever. Wanneer blijkt dat er klachten zijn over die werkzaamheden, is dat een reden om gedetineerden terug te plaatsen naar een b.b.i. Klager heeft zich onttrokken aan zijn
werkzaamheden en heeft gebruik gemaakt van zijn mobiele telefoon. Tevens hield klager zich regelmatig niet aan de afspraken in de z.b.b.i. Kennelijk was hij nog niet toe aan de vrijheden die hem in een z.b.b.i. verleend werden. Reden waarom is besloten
klager naar een b.b.i. terug te plaatsen.

4. De beoordeling.
Uit de stukken komt naar voren dat klager enige malen is aangesproken op het feit dat hij zich niet aan gemaakte afspraken hield. Hij is daarin moeilijk te corrigeren. Hij kwam een keer te laat uit de stad en is er diverse malen op aangesproken dat
hij
in het bijzijn van anderen Nederlands diende te spreken. Ook liet zijn inzet in de huisdienst af en toe te wensen over. Op 13 december 2007 is hem in dat verband een verslag aangezegd. Op de dag erna begon hij te laat met zijn werkzaamheden. Daarbij
heeft hij meermalen gebeld onder werktijd. Deze feiten zijn voor de beroepscommissie voldoende aannemelijk geworden. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan bij afweging van alle in aanmerking komende
belangen en omstandigheden, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema,
voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 2 april 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven