Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-20/6203/GA, 18 juli 2022, beroep
Uitspraakdatum:18-07-2022

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer R-20/6203/GA         

Betreft [klager]

Datum 18 juli 2022

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [klager] (hierna: klager)

1. De procedure

Klager heeft beklag ingesteld, omdat:

a.  De telefooncellen gehorig zijn, waardoor zijn privacy onvoldoende wordt gewaarborgd (VU 2019/1790);

b.  Hij verplicht een legitimatiepas moet dragen (VU 2019/1791).

De beklagrechter bij de Penitentiaire Inrichting PI Vught heeft op 18 februari 2020 beklag a. ongegrond verklaard en klager niet-ontvankelijk verklaard in beklag b. De uitspraak van de beklagrechter is bijgevoegd.

Klagers raadsman, mr. M. de Reus, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze uitspraak.

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsman en de directeur van de PI Vught (hierna: de directeur) in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

Aan de directeur zijn nadere inlichtingen gevraagd die op 8 oktober 2021 zijn ontvangen en naar klager en zijn raadsman zijn gestuurd.

2. De standpunten in beroep

Standpunt van klager

Namens klager is verzocht de gronden van het klaagschrift te beschouwen als de gronden van het beroep.

Standpunt van de directeur

De directeur stelt zich primair op het standpunt dat klager niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn beroep, nu het beroepschrift niet met redenen is omkleed en daarom niet voldoet aan de wettelijke vereisten. Subsidiair verzoekt de directeur de beslissing van de beklagrechter te bevestigen. 

Voorts heeft de directeur schriftelijk nader toegelicht dat de telefooncellen zijn vervangen na de uitspraak van de beroepscommissie in 2017 (RSJ 20 februari 2017, 16/3323/GA). Ten tijde van het indienen van de klacht door klager – op 25 september 2019 – bevond de telefooncel zich naast de teamkamer van het personeel. Dit veroorzaakte voor gedetineerden overlast tijdens hun telefoongesprekken. In eerste instantie waren de telefoons vernieuwd en de telefooncellen geïsoleerd. Dit had niet het gewenste effect. In november 2020 is er een verbouwing geweest op de afdeling en zijn de telefooncellen verplaatst naar het einde van de gang. Daarnaast zijn er twee extra telefonievoorzieningen geplaatst op de luchtplaats. Deze zijn in de hoeken gesitueerd en geven de gebruiker veel privacy. De telefooncellen bevinden zich nu dan ook niet meer naast de teamkamer.

3. De beoordeling

Ontvankelijkheid in beroep

De directeur stelt dat klager niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat het beroepschrift niet met redenen is omkleed als bedoeld in artikel 69, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw). In zijn (aanvullende) beroepschrift van 6 maart 2020 heeft de raadsman aangevoerd dat in beroep wordt aangesloten bij de gronden die in de klaagschriften worden genoemd. Naar het oordeel van de beroepscommissie is door in het ingediende beroepschrift te verwijzen naar de gronden in het klaagschrift voldaan aan de verplichting het beroep met redenen te omkleden. Om die reden zal de beroepscommissie klager ontvangen in het beroep.

Inhoudelijke beoordeling

a.  Gehorige telefooncellen

Op grond van artikel 39, eerste lid, van de Pbw heeft de gedetineerde het recht ten minste eenmaal per week op in de huisregels vastgestelde tijden en plaatsen en met behulp van een daartoe aangewezen toestel gedurende tien minuten een of meer telefoongesprekken te voeren met personen buiten de inrichting. De directeur dient ervoor te zorgen dat gedetineerden van dit recht om te telefoneren gebruik kunnen maken, op een wijze waarbij hun recht op privacy – zoveel als redelijkerwijs mogelijk – wordt gewaarborgd. Daarbij geldt dat een gestelde schending van het recht op privacy tijdens het telefoneren beklagwaardig is, zodat klager – in tegenstelling tot wat de directeur heeft bepleit in zijn nadere toelichting – wel degelijk ontvankelijk is in zijn klacht op dit punt.

Het is de beroepscommissie ambtshalve bekend dat er eerder uitspraken zijn gedaan over klachten met betrekking tot gehorige cellen in de PI Vught (RSJ 20 februari 2017, 16/3323/GA en RSJ 17 augustus 2016, 15/3051/GA).

Uit de nadere toelichting van de directeur blijkt dat er in het verleden – na voormelde uitspraken – diverse maatregelen zijn getroffen om de telefooncellen op de afdelingen zoveel als mogelijk te isoleren ten aanzien van het geluid. Dit had – ten tijde van het indienen van het beklag op 25 september 2019 – nog niet tot het gewenste effect geleid. Ten tijde van het beklag stonden de telefooncellen op de lijst om te worden verbouwd. De verbouwing van de telefooncellen lag voor bij huisvesting en de directeur heeft hier geen invloed op, aldus de directeur. De verbouwing heeft in november 2020 plaatsgevonden.

De beroepscommissie is van oordeel dat klagers privacy onvoldoende was gewaarborgd op het moment van het instellen van het beklag. Dat aan het – kennelijk al jaren bestaande – probleem werd gewerkt door de afdeling huisvesting, doet aan de invulling van de zorgplicht van de directeur niet af. Er is immers niet gebleken dat de privacy van klager op een andere manier werd gewaarborgd (bijvoorbeeld door het niet tegelijkertijd gebruik laten maken van belendende telefooncellen). De beroepscommissie zal het beroep daarom in zoverre gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagrechter in zoverre vernietigen en beklag a. alsnog gegrond verklaren. De beroepscommissie acht een tegemoetkoming aan klager geboden en stelt deze vast op €25,-.

b.  Verplicht dragen legitimatiebewijs 

Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter.

Uit de huisregels van de PI Vught blijkt dat gedetineerden ten behoeve van hun identificatie een zogenaamde gedetineerdenpas ontvangen. Deze pas moeten de gedetineerden zichtbaar om de hals aan een key-koord dragen. Uit het voorgaande leidt de beroepscommissie af dat klager niet klaagt over een door of namens de directeur genomen beslissing jegens hem, maar over een algemene, voor iedere gedetineerde in de PI Vught geldende regel. Tegen een algemene regel staat geen beklag open, tenzij die regel in strijd is met hogere wet- of regelgeving. Daarvan is niet gebleken.

Gelet hierop zal het beroep in zoverre ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep inzake beklag a. gegrond, vernietigt in zoverre de uitspraak van de beklagrechter en verklaart dit beklag alsnog gegrond. Zij kent aan klager een tegemoetkoming toe van €25,-.

De beroepscommissie verklaart het beroep inzake beklag b. ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraak van de beklagrechter.

Deze uitspraak is op 18 juli 2022 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. T.B. Trotman, voorzitter, mr. R.H. Koning en mr. D.R. Sonneveldt, leden, bijgestaan door mr. D. Boessenkool, secretaris.

 

secretaris        voorzitter

Naar boven