Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0120/GB, 6 maart 2008, beroep
Uitspraakdatum:06-03-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/120/GB

Betreft: [klager] datum: 6 maart. 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 8 januari 2008 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar het huis van bewaring (h.v.b.) Lelystad afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 16 oktober 2007 gedetineerd. Hij verblijft in het h.v.b. Zwolle.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Klager wil overgeplaatst worden van het h.v.b. Zwolle naar het h.v.b Lelystad. Klager meent dat sprake is van een medische noodzaak voor de overplaatsing. Klagers moeder heeft al jaren last van
spataderen in haar benen en kan daardoor onmogelijk reizen. Zij kan niet lang op haar benen staan. De huisarts kan dit bevestigen. Verder valt het h.v.b. Lelystad ook onder het parket Zwolle. Klagers strafzaak wordt behandeld op 29 januari 2008. Voor
het geval hij wordt veroordeeld tot een vrijheidsstraf, wil klager geselecteerd worden voor de gevangenis Lelystad.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager is preventief ingesloten voor het parket Zwolle en is daarom geplaatst in het h.v.b. Zwolle. Door klager is geen medische verklaring overgelegd, waaruit zou kunnen blijken dat zijn moeder niet op bezoek kan komen. Klager dient hier zelf voor te
zorgen. Klager kan niet worden geselecteerd voor het h.v.b. Lelystad omdat daar een medeverdachte verblijft. Klagers strafzaak wordt binnen afzienbare tijd behandeld en hij komt daarna in beeld voor selectie. Klager kan dan zijn voorkeur aangeven.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Nu door klager geen nadere onderbouwing is
verschaft kan niet worden beoordeeld of zijn moeder al dan niet in staat is te reizen. Nu klager op 12 februari 2008 is veroordeeld tot een gevangenisstraf van zestien maanden, waarvan vier maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren,
kunnen
zijn argumenten in verband met de plaats van detentie bij de selectie aan de orde komen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart. het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 6 maart. 2008

secretaris voorzitter

Naar boven