Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/2274/TA, 21 februari 2008, beroep
Uitspraakdatum:21-02-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 07/2274/TA

betreft: [klager] datum: 21 februari 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

het hoofd van het FPC De Kijvelanden te Poortugaal, verder te noemen de inrichting,

gericht tegen een uitspraak van 18 september 2007 van de beklagcommissie bij genoemde inrichting, gegeven op een klacht van U. Dönmez, verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 12 december 2007, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam, zijn gehoord klager en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting, [...], hoofd behandelrapportage.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het functioneren van het maatschappelijk werk in relatie tot de screening van personen.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
In eerste instantie was de klacht van klager te onbepaald. Ter zitting van de beklagcommissie bleek klager iets anders te bedoelen, dan hij in zijn klaagschrift had aangegeven. De beklagcommissie heeft geoordeeld over een klacht, die niet in het
klaagschrift is verwoord.
Bij klager komt het regelmatig voor dat hij eigenlijk een ander probleem heeft dan de in eerste instantie ingestelde klacht.

De ‘volledige’ screening moet schriftelijk worden aangevraagd. Indien later telefoonnummers van al gescreende personen wijzigen, kan de tbs-gestelde dat mondeling doorgegeven. Advocaten hoeven niet gescreend te worden; alleen de telefoonnummers worden
gecontroleerd. Deze gang van zaken wordt aan de patiënten uitgelegd.
De inrichting gaat er van uit dat, als klager stelt een schriftelijke verzoek te hebben ingediend, dat dit juist is.

Klager heeft het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht.
Klager heeft met stafleden over de screening gesproken en is daarna in beklag gegaan. Het gaat klager om de screening van twee advocaten en zijn neef. De klacht betreft het niet willen screenen van personen door de maatschappelijk werker.
Klager heeft nu contact met deze advocaten en zijn neef.

3. De beoordeling
In zijn klaagschrift beklaagt klager zich over het functioneren van het maatschappelijk werk, waardoor klagers relaties niet gescreend worden. De beroepscommissie stelt vast dat klager in zijn klaagschrift niet concreet heeft aangegeven om welke
relaties het gaat.
Ter zitting van de beklagcommissie heeft klager aangegeven dat het de screening betreft van zijn raadsman en zijn neef, die een nieuw telefoonnummer heeft.
De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard voor zover het betreft het niet op de hoogte stellen van klager na het controleren van de telefoonnummers.

De beroepscommissie is van oordeel dat de klacht te onbepaald is en niet kan worden gesproken van een beslissing ex artikel 56 Bvt waartegen beklag mogelijk is. De beklagcommissie had klager derhalve niet-ontvankelijk in zijn klacht dienen te
verklaren.
De beroepscommissie zal de uitspraak van de beklagrechter vernietigen en klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag verklaren.

Ten overvloede merkt de beroepscommissie op dat gebleken is dat de communicatie tussen de inrichting en klager niet altijd goed is verlopen, hetgeen mogelijk tot het indienen van onderhavige klacht heeft geleid.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog niet-ontvankelijk.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. I.E. de Vries, voorzitter, mr. drs. T.A.M. Louwe en mr. C.A.M. Schaap-Meulemeester, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 21 februari 2008

secretaris voorzitter

Naar boven