Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 21/19959/GM, 17 februari 2022, beroep
Uitspraakdatum:17-02-2022

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer         21/19959/GM

Betreft            […]

Datum            17 februari 2022

 

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van […] (hierna: klager)

 

1. De procedure

Klager heeft beroep ingesteld tegen het medisch handelen van de inrichtingsarts van  de Penitentiaire Inrichting Vught (hierna: de inrichtingsarts). Klager beklaagt zich erover dat de eerder aan hem voorgeschreven medicatie (methylfenidaat) zomaar is gestopt.

De medisch adviseur bij het ministerie van Justitie & Veiligheid heeft bemiddeld. Het bemiddelingsverslag bevindt zich in het dossier.

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsvrouw, mr. L.C.W. Wingens, en de inrichtingsarts in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

 

2. De beoordeling

Ingevolge artikel 29, eerste lid, van de Penitentiaire maatregel (Pm) (oud) dient een klacht tegen medisch handelen door of namens de inrichtingsarts te worden ingediend uiterlijk op de veertiende dag na die waarop het medisch handelen waartegen de klacht zich richt, heeft plaatsgevonden.

Klagers klacht is gedateerd 30 december 2020 en betreft – zo volgt uit zijn klacht – het medisch handelen door de inrichtingsarts op of omstreeks 24 november 2020. Uit het dossier, in het bijzonder de voortgangsrapportage, staat dat klager op 20 november 2020 ervan op de hoogte is gesteld dat wordt gestopt met het voorschrijven van medicatie (methylfenidaat). Op 24 november 2020 heeft klager een gesprek over zijn medicatie. In het spreekbriefje staat dat hij zijn medicatie terug wil en dat ‘het beklag onderweg’ is. Hieruit volgt dat klager er in ieder geval op 24 november 2020 van op de hoogte was dat de door hem gewenste medicatie niet meer werd voorgeschreven.

Gelet op het voorgaande, heeft klager de klacht dus buiten de termijn van artikel 29, eerste lid, van de Pm (oud) ingediend. Klager kan daarom niet in zijn klacht worden ontvangen.

 

3. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn klacht.

Deze uitspraak is op 17 februari 2022 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. D.W.J. Vinkes, voorzitter, drs. B. Geurts en drs. P.J.M. van Puffelen, leden, bijgestaan door mr. A. de Groot, secretaris.

secretaris        voorzitter

Naar boven