Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0232/GV, 19 februari 2008, beroep
Uitspraakdatum:19-02-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/232/GV

betreft: [klager] datum: 19 februari 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 23 januari 2008 genomen beslissing van de Minister van Justitie (de Minister),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Minister in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om zijn beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Minister heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van incidenteel verlof afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft het beroep tegen de beslissing tot afwijzing van het verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting als volgt toegelicht. Het beroep is niet gericht tegen de afwijzing van het incidenteel verlof maar tegen de kwalificatie van klager
als TR-weigeraar. Klager is geen TR-weigeraar en heeft steeds zijn medewerking verleend aan het TR-programma. Hij is alleen van mening dat het geen zin heeft om zich te laten behandelen in de Piet Roordakliniek. Klager is inmiddels afgekickt en wil
daarom liever een meer op hem persoonlijk afgestemd programma gaan volgen. Hij denkt daarbij aan deelname aan het Exodusprogramma of plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting. Hij wil graag de kans krijgen aan zijn toekomst te werken. Hij wil
daartoe een kappersopleiding volgen en zijn ondernemersdiploma halen.

Namens de Minister is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager heeft indertijd incidenteel verlof gevraagd voor een intake bij de Piet Roordakliniek. Recentelijk is hij op eigen verzoek overgeplaatst vanuit de penitentiaire inrichting (p.i.)Vught naar de gevangenis Alphen aan den Rijn. Daar heeft hij
aangegeven niet meer naar de Piet Roordakliniek te willen. Om die reden is het verzoek om incidenteel verlof afgewezen. In de beschikking is, om klager de gevolgen van zijn keuze duidelijk te maken, vermeld dat de selectiefunctionaris klager aanmerkt
als TR-weigeraar. Het beroep richt zich kennelijk tegen dat aanmerken als TR-weigeraar. Een nieuwe aanvraag voor algemeen verlof is inmiddels afgewezen naar aanleiding van klagers weigering om mee te werken aan het ingezette traject van klinische
begeleiding/behandeling.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van de p.i. Vught heeft positief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag voor een intake bij de Piet Roordakliniek.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van vier jaar met aftrek, wegens – kortweg – diefstal met geweld. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 29 mei 2008. Aansluitend dient hij eventueel drie dagen subsidiaire hechtenis en 13
dagen gijzeling in verband met een hem opgelegde schadevergoedingsverplichting te ondergaan.

De beroepscommissie stelt vast dat klager – nu hij aangeeft niet deel te willen nemen aan een intake bij de Piet Roordakliniek – geen belang meer heeft bij het verlenen van het aangevraagde incidenteel verlof. Om die reden dient hij niet-ontvankelijk
te
worden verklaard in zijn beroep. Voor zover het beroep is gericht tegen de mededeling van de selectiefunctionaris, dat klager in het vervolg zal worden aangemerkt als TR-weigeraar, geldt dat dit geen beslissing is die in het kader van deze procedure
kan
worden beoordeeld. De beroepscommissie zal dit deel van het beroep daarom verder buiten beschouwing laten. De vraag of klager al dan niet terecht als TR-weigeraar is aangemerkt, kan aan de orde komen in het geval door de selectiefunctionaris een
beslissing wordt genomen op basis van die gestelde weigering van deelname aan het TR-traject en tegen die weigering bezwaar en/of beroep wordt ingesteld. Dat is thans (nog) niet het geval.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. Th.E.M. Wijte, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 19 februari 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven