Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 21/24544/SGA, 8 december 2021, schorsing
Uitspraakdatum:08-12-2021

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer    21/24544/SGA
    
            
Betreft    verzoeker
Datum    8 december 2021


Uitspraak van de voorzitter van de beroepscommissie van de RSJ op het verzoek van

verzoeker (hierna: verzoeker)

 

1. De procedure
De directeur van de Penitentiaire Inrichting (PI) Krimpen aan den IJssel (hierna: de directeur) heeft op - zo begrijpt de voorzitter -              2 december 2021 beslist verzoeker in een individueel programma te plaatsen voor de duur van veertien dagen.

Verzoeker vraagt om schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging daarvan.

De voorzitter heeft kennisgenomen van de reacties van de directeur op het schorsingsverzoek, van het klaagschrift, ingediend verzoekers raadsman mr. R.I. Kool. 

 

2. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat bij een verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling. De zaak kan dus niet ten gronde worden onderzocht. De voorzitter beoordeelt alleen of de beslissing waartegen beklag is ingesteld in strijd is met een wettelijk voorschrift of dat deze zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om op dit moment de (verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing te schorsen. Naar het oordeel van de voorzitter is dat het geval.

Door en namens verzoeker is aangevoerd dat hij door de directeur op de Afdeling Intensief Toezicht (AIT) is geplaatst en tevens in een individueel programma is geplaatst. Verzoeker heeft hiervan geen schriftelijke mededeling ontvangen. Verzoeker stelt dat geen concrete feiten of omstandigheden zijn die deze plaatsing kunnen rechtvaardigen. De beslissing is onvoldoende gemotiveerd en onzorgvuldig tot stand gekomen. 

Uit de schriftelijke reactie van de directeur volgt dat is beslist verzoeker op de AIT te plaatsen. Iedere gedetineerde die op de AIT binnenkomt krijgt voor maximaal veertien dagen een individueel programma aangeboden, waarbij de gedetineerde individueel deelneemt aan alle activiteiten waar hij recht op heeft. Aan de hand hiervan wordt getoetst hoe een gedetineerde functioneert op de AIT, aldus de directeur. Daarnaast dient verzoeker de eerste acht dagen na binnenkomst in de PI in quarantaine te blijven in verband met de coronamaatregelen. 

De voorzitter overweegt dat in de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) bevoegdheden worden toegekend aan de directeur die hem in staat stellen om de bewegingsvrijheid van een gedetineerde in te perken. Dergelijke beslissingen dienen aan bepaalde formele vereisten te voldoen. De voorzitter overweegt dat nu verzoeker in een individueel programma is geplaatst, waarvan – zo begrijpt de voorzitter – deels quarantaine betreft, en feitelijk wordt uitgesloten van deelname aan een of meerdere activiteiten, de directeur bijvoorbeeld een ordemaatregel had kunnen opleggen. Dat de plaatsing in een individueel programma onderdeel is van de procedure bij plaatsing op de AIT, maakt dit niet anders. Aangezien verzoeker thans is uitgesloten van deelname aan een of meerdere activiteiten zonder dat voldaan is aan de formele vereisten die de Pbw stelt, is de bestreden beslissing genomen in strijd met de wet. Het verzoek zal daarom worden toegewezen.

 

3. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing met onmiddellijke ingang tot het moment waarop de beklagcommissie op het onderliggende beklag heeft beslist.


Deze uitspraak is op 8 december 2021 gegeven door mr. J.D. den Hartog, voorzitter, bijgestaan door J.A. van der Veen, secretaris.
 
 
secretaris    voorzitter
 

Naar boven