Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/2693/GA, 4 januari 2008, beroep
Uitspraakdatum:04-01-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 07/2693/GA

betreft: [klager] datum: 4 januari 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. C. Wendenburg, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 1 oktober 2007 van de beklagcommissie bij de locatie Dordtse Poorten te Dordrecht,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde locatie in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsvrouw om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de afwezigheid van een kapper gedurende zeven weken, terwijl klager het recht heeft om eens in de vier weken geknipt te worden.

De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Namens klager is het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht. Klager heeft een individuele klacht, omdat zijn recht om naar de kapper te gaan is geschonden. Dat meer gedetineerden in hetzelfde recht worden
beperkt
doet hier niet aan af. Klager wil ontvankelijk worden verklaard en hij wil dat zijn klacht gegrond wordt verklaard met toekenning van een tegemoetkoming.

De directeur heeft in beroep volhard in het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt.

3. De beoordeling
Op grond van artikel 44, vierde lid, Pbw draagt de directeur zorg dat de gedetineerde in staat gesteld wordt zijn uiterlijk en hygiëne naar behoren te verzorgen.
In de huisregels van de locatie Dordtse Poorten is onder 4.4. Persoonlijke verzorging, de kapper, geregeld dat de gedetineerde vanaf drie weken na binnenkomst eenmaal per maand op kosten van de inrichting zijn haar kan laten knippen.
Op het moment dat klager zijn klaagschrift indiende was er reeds gedurende zeven weken geen kapper in de inrichting gekomen. De directeur heeft deze omstandigheid bevestigd. Klager had moeten worden ontvangen in zijn klacht. De uitspraak van de
beklagcommissie zal worden vernietigd en klager zal alsnog ontvankelijk in zijn klacht worden verklaard.

De directeur heeft voor de beklagcommissie aangegeven dat vanaf week 21 tot week 33 geen kapper aanwezig is geweest. Nadat twee kappers na korte duur weer waren vertrokken, is een derde kapper aangetrokken die de achterstand heeft ingehaald met extra
knipbeurten. De beroepscommissie is van oordeel dat de klacht, gelet op de inspanningen die de directeur zich heeft getroost om een nieuwe kapper aan te trekken, ongegrond moet worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag, maar verklaart dit beklag ongegrond.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 4 januari 2008

secretaris voorzitter

Naar boven