Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/2116/GA, 12 november 2007, beroep
Uitspraakdatum:12-11-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 07/2116/GA

betreft: [klager] datum: 12 november 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 31 juli 2007 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde p.i. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. E.H.J. Plass om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag houdt in dat klager de regels voor Terugdringen Recidive (TR) niet heeft mogen inzien.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht.
Klager diende direct te tekenen zonder dat hij tevoren kennis kon nemen van de reikwijdte van hetgeen waarvoor hij moest tekenen. Het kan zijn dat klager er toen op is gewezen dat hij deze TR-regels via zijn raadsman op kon vragen, doch het had op de
weg van de inrichting gelegen om klager eerst inzage in de regels te verschaffen of klager de gelegenheid te geven om te tekenen nadat hij via zijn raadsman de regels had kunnen opvragen. Dit is niet geschied.

De directeur heeft het standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
De weigering om klager de TR-regels in te laten zien, betreft een namens de directeur genomen beslissing en de beroepscommissie zal derhalve klager alsnog ontvangen in zijn beklag.
Door klager is gesteld en dit is niet expliciet door de directeur ontkend dat hij de TR-regels niet heeft mogen inzien voordat hij voor akkoord met deze regels diende te tekenen. De beroepscommissie acht een dergelijke handelswijze niet juist en zal
het
beroep gegrond verklaren, de beslissing van de beklagrechter vernietigen en het beklag gegrond verklaren. Nu niet is gebleken van niet meer ongedaan te maken rechtsgevolgen, zijn er geen termen om een tegemoetkoming toe te kennen.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter, verklaart klager alsnog ontvankelijk in het beklag en verklaart het beklag alsnog gegrond.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 12 november 2007

secretaris voorzitter

Naar boven