Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 21/19359/GM, 9 augustus 2021, beroep
Uitspraakdatum:09-08-2021

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer    21/19359/GM
    
            
Betreft    [klager]
Datum    9 augustus 2021 


Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure
Klager heeft beroep ingesteld tegen het medisch handelen van de inrichtingsarts van  de Penitentiaire Inrichting (PI) Vught (hierna: de inrichtingsarts). Klager beklaagt zich erover dat hij voor het maken van een afspraak of het indienen van een ander verzoek bij de medische dienst een verzoekbriefje moest schrijven en daarvoor niet zoals eerder een brief in een gesloten enveloppe kon overleggen.

De medisch adviseur bij het ministerie van Justitie & Veiligheid heeft bemiddeld. Het bemiddelingsverslag bevindt zich in het dossier.

De beroepscommissie heeft klager en de inrichtingsarts in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

 

2. De standpunten in beroep
Standpunt van klager
Op 10 augustus 2020 werd klager medegedeeld dat de medische dienst het niet meer wenselijk acht dat klager verzoeken in een gesloten enveloppe richt aan de medische dienst. Als klager de medische dienst wil spreken, kan dat via het invullen van een spreek/verzoekbriefje. Klager richtte zijn verzoeken aan de medische dienst altijd schriftelijk en gericht aan één persoon. De door klager gehanteerde toon is formeel, vriendelijk en netjes. Klager kiest voor schriftelijke boven mondelinge communicatie, om miscommunicatie te voorkomen en omdat dan geen tijd vrijgemaakt hoeft te worden voor een gesprek. Niet alle medische kwesties zijn voor de ogen van derden bedoeld. In de huisregels staat overigens vermeld dat klager zijn verzoek tot de medische dienst in een gesloten enveloppe mag aanleveren. Dit is klager uitdrukkelijk verboden omdat hij zijn verzoeken slechts richtte tot één persoon van de medische dienst. Klager meent dat zijn toegang tot de medische dienst hierdoor ernstig wordt belemmerd alsmede dat zijn privacy wordt geschonden. 

Standpunt van de inrichtingsarts
De klacht is organisatorisch van aard. De privacy is gewaarborgd, klager hoeft vooraf geen informatie te verstrekken waarover hij de medische dienst wil spreken. Op het verzoekbriefje kan klager gewoon aanvinken dat hij de medische dienst wil spreken en bij de reden kan hij aangeven dat dat privé is. Het verzoekbriefje kan wel in enveloppe worden verstuurd. 
Conform de huisregels mag klager inderdaad gesloten brieven aan de medische dienst sturen in verband met het oog op de privacy. Aan klager is echter verzocht een afspraak te maken via een verzoekbriefje. Dit verzoek is gedaan vanwege de werkbaarheid van de medische dienst. Klager richtte zijn brieven aan één persoon van de medische dienst, waardoor dit personeelslid extra belast werd, doordat niemand anders de envelop opende en dit personeelslid alles diende te lezen. De brieven van klager betroffen meerdere A4-vellen die compleet volgeschreven waren. Klager schreef wekelijks minimaal één brief van twee à drie pagina’s voor de medische dienst. Het voeren van vertrouwelijke gesprekken met de medische dienst geschiedt in een speciale ruimte. 

 

3. De beoordeling
Klager klaagt over de veranderde werkwijze van de medische dienst voor het aanvragen van een consult of het indienen van een verzoek. Klager richtte zijn vragen per brief aan één persoon van de medische dienst, vanaf 10 augustus 2020 is klager verzocht een sprekersbriefje in te vullen. 

De beroepscommissie stelt voorop dat het aan de inrichtingsarts is te bepalen op welke wijze hij de organisatie en toegeleiding naar zijn spreekuur inricht. De omstandigheid dat de medische dienst in klagers specifieke geval heeft verzocht op een andere wijze, namelijk via het invullen van een sprekersbriefje, zijn verzoeken aan de medische dienst te richten, geeft geen blijk van onzorgvuldig medisch handelen. Klager is geen medische zorg onthouden. Evenmin is sprake van een schending van klagers privacy. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.

 

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is op 9 augustus 2021 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit 
mr. M.J. Stolwerk, voorzitter, drs. K.M.P.A.M. Habryka en drs. M.P. Frankenhuis, leden, bijgestaan door mr. R. Kokee, secretaris.
 
  
secretaris    voorzitter
 

Naar boven