Nummer R-20/8509/GB
Betreft [klager]
Datum 5 juli 2021
Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [klager] (hierna: klager)
1. De procedure
Klager heeft een klaagschrift ingediend. Het klaagschrift begint met: “Selectieadvies hebben gelogen over m’n bezoek dat ik niet heb gehad”. Dit klaagschrift is op 5 augustus 2020 binnengekomen bij de Commissie van Toezicht van de Penitentiaire Inrichting (PI) Ter Apel.
De Commissie van Toezicht heeft het klaagschrift aangemerkt als een bezwaarschrift en dit doorgestuurd naar de Minister voor Rechtsbescherming (hierna: verweerder), omdat het zou zijn gericht tegen de beslissing van verweerder van 31 augustus 2020. In die beslissing heeft verweerder klagers verzoek om uit de PI Ter Apel te worden geplaatst, afgewezen.
Verweerder heeft het klaagschrift vervolgens doorgestuurd naar de RSJ, omdat tegen de beslissing van 31 augustus 2020 rechtstreeks beroep kan worden ingesteld.
Op 24 juni 2021 heeft mr. N.M.E. Verpaalen zich gesteld als klagers raadsvrouw. De stukken zijn ter kennisgeving aan haar toegestuurd.
2. De bevoegdheid van de beroepscommissie
Het klaagschrift kan niet zijn gericht tegen de beslissing van verweerder van 31 augustus 2020. Klager heeft het klaagschrift immers al veel eerder ingediend. De beklagcommissie had het klaagschrift dus niet moeten doorsturen naar verweerder of naar de RSJ.
De beklagcommissie moet in eerste aanleg oordelen over klachten. De beroepscommissie zal zich daarom onbevoegd verklaren om het klaagschrift in behandeling te nemen.
Normaal gesproken zou de beroepscommissie het klaagschrift doorsturen naar de beklagcommissie, zodat de beklagcommissie het klaagschrift alsnog inhoudelijk kan beoordelen. De beroepscommissie stelt evenwel vast dat het klaagschrift is gericht tegen het selectieadvies van de directeur van de PI Ter Apel. Volgens vaste jurisprudentie van de beroepscommissie staat geen beklag open tegen de inhoud en totstandkoming van een selectieadvies (bijvoorbeeld RSJ 3 maart 2015, 14/3883/GA).
Als de beroepscommissie het klaagschrift zou doorsturen, zou de beklagcommissie klager dus niet-ontvankelijk in zijn beklag moeten verklaren. De beroepscommissie zal het klaagschrift in dit geval daarom niet doorsturen.
3. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart zich onbevoegd het beroep in behandeling te nemen.
Deze uitspraak is op 5 juli 2021 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. C. Fetter, voorzitter, mr. M.F.A. van Pelt en drs. M.R. van Veen, leden, bijgestaan door mr. P. de Vries, secretaris.
secretaris voorzitter