Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/0525/TA en 07/0662/TA, 14 augustus 2007, beroep
Uitspraakdatum:14-08-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 07/525/TA en 07/662/TA

betreft: [klager] datum: 14 augustus 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van twee bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschriften van

het hoofd van de FPK Oldenkotte te Rekken, verder te noemen de inrichting,

respectievelijk gericht tegen een uitspraak van 21 februari 2007 van de alleensprekende beklagrechter bij genoemde inrichting, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

en tegen een uitspraak van 7 maart 2007 van de beklagcommissie bij genoemde inrichting, gegeven op een klacht van klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraken waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak zijn gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 9 juli 2007, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Overijssel te Zwolle, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman
mr. N.A. Heidanus, en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...].

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraken van de beklagrechter en beklagcommissie
Het beklag betreft de weigering van vervoer naar de afdeling De Wanne op 19 september 2006 respectievelijk 14 november 2006, waardoor klager op die dagen niet heeft kunnen recreëren.

De beklagrechter respectievelijk de beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraken weergegeven.

2. De standpunten
Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Het uitblijven van recreatie door het niet kunnen vervoeren vanwege personeelstekort kan niet als een beperking van de bewegingsvrijheid binnen de inrichting als bedoeld in artikel 31 Bvt worden opgevat. Er is geen sprake van schending van het recht om
minimaal vier uur met medeverpleegden door te brengen.
In de huisregels is opgenomen dat patiënten die begeleiding nodig hebben naar De Wanne kunnen gaan, tenzij sprake is van overmacht. Daarvan is in dit geval sprake. Klager verblijft op afdeling IV, een buitenafdeling van de inrichting. Zolang de
beveiligingswerkzaamheden nog niet klaar zijn valt die afdeling buiten de beveiligde zone van de inrichting en dienen bewoners van die afdeling bij elk bezoek aan de inrichting onder begeleiding van twee personeelsleden te worden vervoerd. Dit is een
tijdelijke situatie, waardoor het ondanks pogingen van de inrichting om dat te voorkomen toch een enkele keer niet mogelijk is geweest aan de wensen van een patiënt tegemoet te komen, hetgeen niet is te voorzien. In de praktijk kunnen
overmachtsituaties
nooit uitgesloten worden. Het hekwerk is inmiddels opgeleverd. De inrichting dient nu nog het beleid vast te stellen.
Klager heeft op de momenten waarop de klachten zien op een dinsdag in de avonduren niet De Wanne kunnen bezoeken, maar heeft De Wanne verder wel dagelijks tussen de blokken arbeid en therapie kunnen bezoeken voor activiteiten dan wel in de koffie- en
theepauzes. Verder heeft hij ook op zaterdagen naar De Wanne kunnen gaan. Naast de recreatie op dinsdagavond biedt het programma voldoende mogelijkheden voor contact met medepatiënten. Overdag is er altijd begeleiding. Alleen buiten kantoortijd kan het
een keer voorkomen dat er onvoldoende begeleiding is. In dat geval worden de betreffende patiënten mondeling ingelicht. Niet bekend is of klager daarvan schriftelijk mededeling is gedaan. De inrichting doet er echt alles aan om voldoende personeel
beschikbaar te hebben voor begeleiding. Sociotherapeuten stellen ter plekke in overleg met de dienstdoend manager vast of sprake is van overmacht. Daarbij wordt er altijd gekeken of personeel van een andere afdeling voor begeleiding kan zorgen.

Door en namens klager is het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht.
Volgens het oude beleid moest klager anderhalf uur werken, mocht hij op dinsdagen, donderdagen en zaterdagen naar De Wanne en mocht hij sporten. Nu moet hij vier uur werken voor hetzelfde bedrag en is bezoek aan De Wanne op de donderdagen afgeschaft.
De
recreatiemogelijkheden op De Wanne en sportmogelijkheden zouden uitgebreid worden, maar daar komt niets van terecht. Hij heeft in ieder geval in totaal tien keer De Wanne niet op dinsdagavonden kunnen bezoeken. In de betreffende weken kon hij wel op
zaterdagen naar De Wanne om de kerkdienst bij te wonen en aansluitend een uur te recreëren. Dit is echter niet te vergelijken met de uitgebreidere recreatiemogelijkheden op dinsdagavonden, die voor klager heel belangrijk zijn. Nu klagers semi-begeleide
verlof is ingetrokken door het incident in Enschede wordt hij meer getroffen door het niet doorgaan van de recreatie op dinsdagen. De inrichting spreekt van een wens, maar klager heeft recht op de recreatiemogelijkheden op de dinsdagavonden. Voor zover
dit recht niet schriftelijk is neergelegd, kan klager dit recht ontlenen aan het feit dat bij hem de indruk is gewekt dat hij op dinsdagavonden naar De Wanne kon gaan. De inrichting doet ten onrechte beroep op overmacht. Er is immers geen sprake van
een
plotselinge stroomstoring of een ontvluchting, maar van een steeds terugkerend personeelstekort waarvoor de inrichting een regeling had moeten treffen. Nu klager nimmer een schriftelijke mededeling van het niet doorgaan van de recreatie op De Wanne
heeft ontvangen, hadden de klachten niet alleen op materiële gronden, maar ook op formele gronden gegrond verklaard moeten worden.

3. De beoordeling
Volgens paragraaf 6.7.1 van de huisregels van de inrichting is De Wanne doordeweeks tijdens de koffie- en theepauze geopend van 10.30 – 11.00 uur en 14.45 – 15.00 uur. Voor de bewoners van de buitenafdelingen van de inrichting geldt dat zij maximaal
één
keer in de week De Wanne kunnen bezoeken, behoudens de situaties dat medewerkers van de buitenafdelingen dit door overmacht (geen vervoer, onderbezetting personeel) niet waar kunnen maken.

Volgens paragraaf 6.7.2. is De Wanne op dinsdagavond en in het weekend geopend van 19.00 – 21.00 uur en bij bijzondere gelegenheden.

Namens de inrichting is ter zitting verklaard dat bewoners dagelijks tijdens kantooruren en op dinsdagavonden op De Wanne kunnen verblijven, tenzij er onvoldoende personeel voor begeleiding aanwezig is hetgeen een enkele keer kan voorkomen.

Derhalve bestaan er voor de bewoners op grond van de huisregels en de daarop gebaseerde, verdergaande praktijk feitelijk ruime mogelijkheden voor bezoek aan De Wanne voor in het kader van de verpleging en behandeling op zich belangrijke
recreatiedoeleinden. Een beperking in de daaraan te ontlenen bewegingsvrijheid is om die reden beklagwaardig op grond van artikel 56, eerste lid, onder e, Bvt.
De beroepscommissie komt dan ook op andere grond tot ontvankelijkheid van de klachten dan de beklagcommissie die de ontvankelijkheid heeft gebaseerd op schending van artikel 31 Bvt, waarvan echter geen sprake kan zijn nu door klager niet is gesteld en
evenmin is gebleken dat het daarin neergelegde recht op het doorbrengen van minimaal vier uur per dag met medeverpleegden zou zijn geschonden.

In beroep is aan de orde dat klager op twee dinsdagavonden De Wanne niet heeft kunnen bezoeken, waardoor hij niet heeft kunnen recreëren. Volgens de inrichting vanwege een onvoorzienbaar personeelstekort. Naar klager onweersproken heeft gesteld, heeft
hij verscheidene keren wegens personeelstekort De Wanne niet op dinsdagavonden kunnen bezoeken.
Gelet op de stukken en het verhandelde ter zitting is het kennelijk zo dat gedurende al langere tijd zo nu en dan niet voldoende personeel beschikbaar was voor begeleiding van bewoners van een buitenafdeling, zoals als klager, naar De Wanne op de
dinsdagavonden. Dit in afwachting van het brengen van buitenafdeling IV binnen de beveiligde zone van de inrichting en het vaststellen van beleid. Onder die omstandigheid kan in dit geval niet worden geoordeeld dat sprake is van een niet te voorzien
personeelstekort dat immers slechts incidenteel van aard en plotseling aanwezig is. Van de inrichting mocht derhalve worden verwacht te zoeken naar een andere oplossing dan het alleen laten vervallen van het bezoek aan De Wanne bij personeelstekort.
Het niet laten doorgaan van bezoek aan De Wanne op 19 september 2006 respectievelijk 14 november 2006 is, gelet op het hiervoor overwogene, dan ook in strijd met paragraaf 6.7.2 van de huisregels van de inrichting.
De beroepen van het hoofd van de inrichting zullen derhalve ongegrond worden verklaard.

Nu alleen het hoofd van de inrichting beroep heeft ingesteld tegen de betreffende uitspraken van respectievelijk de beklagrechter en de beklagcommissie, komt zij niet toe aan een beoordeling van klagers eerst in het kader van dit beroep naar voren
gebrachte stelling dat zijn klachten ook formeel gegrond verklaard hadden moeten worden.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart de beroepen ongegrond en bevestigt zowel de uitspraak van de beklagrechter als die van de beklagcommissie met verbetering van de gronden.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. S.L. Donker, voorzitter, dr. F.A.M. Kortmann en mr. R.P.G.L.M. Verbunt, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 14 augustus 2007

secretaris voorzitter

Naar boven