Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 06/3330/GA, 26 juni 2007, beroep
Uitspraakdatum:26-06-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 06/3330/GA

betreft: [klager] datum: 26 juni 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. D.M. Matadien, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 20 december 2006 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Rijnmond, locatie De Schie,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 5 februari 2007, gehouden in de p.i. Amsterdam, zijn klagers raadsman, mr. H. Halfers en [...], afdelingshoofd bij voormelde locatie, gehoord.
Klagers raadsman heeft aangegeven dat klager, hoewel hij abusievelijk niet voor de zitting was opgeroepen, er mee akkoord gaat dat zijn belangen door zijn raadsman behartigd worden en hij er geen behoefte aan heeft afzonderlijk gehoord te worden.
Naar aanleiding van het verzoek ter zitting heeft het afdelingshoofd na de zitting dagrapportages toegezonden, waarop de raadsman schriftelijk heeft kunnen reageren.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de interne overplaatsing van klager naar de inkomstenafdeling.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
Namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Door de directeur is niet geconcretiseerd waaruit de problemen op 24 oktober 2006 hebben bestaan tussen klager en zijn celgenoot op grond waarvan klager uit de meerpersoonscel is weggeplaatst. Vanwege capaciteitsgebrek, er zou geen reguliere hvb-cel
beschikbaar zijn, is klager intern overgeplaatst naar de inkomstenafdeling.

Het afdelingshoofd heeft namens de unit-directeur in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Zodra een gedetineerde problemen heeft of veroorzaakt op de leefafdeling en er zijn geen reguliere cellen beschikbaar, is de enige mogelijkheid een gedetineerde tijdelijk terug te plaatsen naar de inkomstenafdeling.

3. De beoordeling
Aan de orde is de vraag of de interne overplaatsing van klager vanuit een meerpersoonscel naar een inkomstencel in strijd is met een wettelijk voorschrift, dan wel bij afweging van alle in aanmerking komende belangen onredelijk of onbillijk is. De
onderhavige beslissing tot interne overplaatsing is geen afzondering zoals bedoeld in artikel 23 Pbw en hiervoor gelden derhalve niet de daaraan verbonden formele eisen. Sprake is van een beslissing tot overplaatsing binnen hetzelfde regime, aan welke
beslissing de wet geen formele eisen stelt. Gegeven het gedrag van klager en diens uitlatingen heeft de directeur tot meergenoemde overplaatsing, bedoeld om klager -in afwachting van plaatsing in een reguliere cel- in een inkomstencel beter te laten
functioneren, kunnen komen. Niet gezegd kan worden dat de bestreden beslissing is genomen in strijd met de wet dan wel als onredelijk of onbillijk moet worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. J.R. Meijeringh en mr. Th.E.M. Wijte, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 26 april 2007

secretaris voorzitter

Naar boven