Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/0938/GB, 11 juni 2007, beroep
Uitspraakdatum:11-06-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 07/938/GB

Betreft: [klager] datum: 11 juni 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 3 april 2007 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een huis van bewaring (h.v.b.) in Amsterdam of Haarlem afgewezen.

2. De feiten
Klager is, in aansluiting op een eerdere detentie, sedert 5 februari 2007 gedetineerd. Hij verblijft in het h.v.b. locatie De Berg te Arnhem.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Het is voor klagers ouders onmogelijk om hem te bezoeken. Zij zijn nog niet bij klager op bezoek geweest. Zij hebben er de financiële middelen niet voor. Klager wil worden overgeplaatst naar een h.v.b. in Amsterdam of Haarlem.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager geeft aan dat het voor zijn ouders niet mogelijk is om hem in de locatie De Berg te Arnhem te bezoeken. De inhoud van het beroepschrift geeft geen aanleiding om klagers verzoek om overplaatsing te honoreren. Klager ontvangt in locatie De Berg
bezoek, zoals blijkt uit de bezoekerslijst. Indien klager wordt veroordeeld, kan hij met betrekking tot zijn plaatsing in een gevangenis zijn voorkeur kenbaar maken voor de regio Amsterdam/Haarlem.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Klager wil worden overgeplaatst in verband met zijn bezoek. Hij krijgt geen bezoek van zijn ouders, omdat zij geen financiële middelen hebben om hem in Arnhem te bezoeken. De beroepscommissie is van oordeel dat de op de onder 3.2 genoemde
gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. Hetgeen klager heeft aangevoerd ten aanzien van de bezoekmogelijkheden is
onvoldoende zwaarwegend om tot een ander oordeel te komen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
mr. L. de Greef, secretaris, op 11 juni 2007

secretaris voorzitter

Naar boven