Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/4424/GA, 23 september 2020, beroep
Uitspraakdatum:23-09-2020

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

 

Nummer          R-19/4424/GA

    

           

Betreft [Klager]

Datum 23 september 2020

 

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van

 

[Klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

Klager heeft beklag ingesteld tegen de omstandigheid dat klager €3,- per week moet betalen voor het gebruik van zijn televisie, terwijl hij een eigen televisie heeft ingevoerd.

De beklagrechter bij de Penitentiaire Inrichting (PI) Ter Apel heeft op 12 augustus 2019 klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag (Ta 2019-000204). De uitspraak van de beklagrechter is bijgevoegd.

Klagers raadsvrouw, mr. M.C. Pedrotti, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze uitspraak.

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsvrouw en de directeur van de PI Ter Apel in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

 

2. De beoordeling

Klager heeft verzocht het beroep mondeling te mogen toelichten. Dit verzoek is niet onderbouwd, terwijl de stukken voldoende informatie bevatten om het beroep te kunnen beoordelen. De beroepscommissie wijst het verzoek daarom af.

Uit de tekst van de circulaire standaardisering fondsen (5508700/07/DJI), gewijzigd per 8 oktober 2009, blijkt dat gedetineerden een bedrag van €3,- per week betalen voor het “Fonds TV/TV aansluiting”. De regeling uit de circulaire kent geen bijzonder tarief voor de situatie als de onderhavige, waarin een gedetineerde een eigen televisietoestel heeft ingevoerd. Uit voormelde circulaire en de toelichting van de directeur in beklag volgt dat een gedetineerde ook als hij een eigen tv invoert €3,- per week moet betalen voor de tv-aansluiting. Er is niet gebleken van strijd met hogere wet- of regelgeving.

Dat klager in een andere PI wel ‘slechts’ €1,50 betaalde voor de tv-aansluiting doet hier niet aan af. Klager kan hieraan geen rechten ontlenen.

Gelet op het voorgaande kan hetgeen in beroep is aangevoerd naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.

 

3. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met aanvulling van de gronden.

 

 

Deze uitspraak is op 23 september 2020 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit

mr. M. Iedema, voorzitter, mr. R.H. Koning en mr. J.B. Oreel, leden, bijgestaan door mr. Y.P. Schleijpen, secretaris.

 

 

secretaris        voorzitter

Naar boven