Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/0480/GB, 23 april 2007, beroep
Uitspraakdatum:23-04-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 07/480/GB

Betreft: [klager] datum: 23 april 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klaagster,

gericht tegen een op 16 februari 2007 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klaagster ongegrond verklaard.
Het bezwaarschrift is gericht tegen de beslissing om klaagster niet over te plaatsen naar een zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.) te Utrecht.

2. De feiten
Klaagster is sedert 11 september 2006 gedetineerd. Zij verblijft in de beperkt beveiligde inrichting voor vrouwen Ter Peel te Sevenum.

3. De standpunten
3.1. Klaagster heeft het beroep als volgt toegelicht.
Er is een voorlopige betalingsregeling getroffen met het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB). Voor een voorlopige betalingsregeling en een definitieve betalingsregeling zijn de consequenties hetzelfde. De voorwaarde voor fasering is dat men de
regeling moet nakomen. Tot op heden voldoet klaagster aan de betalingen van € 1.000,= per maand aan het CJIB. Voorlopige regelingen worden verlengd, indien men de afspraken nakomt.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klaagster heeft een boete openstaan van € 6.204.413,33. Er is een betalingsregeling met het CJIB, maar deze overeenkomst is verlopen en er zou een nieuw contract komen met het CJIB. De selectiefunctionaris heeft nog niets ontvangen, waardoor de boete
nog steeds in de weg staat aan fasering. Het is aan klaagster om aan te tonen dat het CJIB akkoord is met de betalingsregeling.

4. De beoordeling
4.1. Op grond van artikel 2 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden, komen voor plaatsing in een zeer beperkt beveiligde inrichting in aanmerking gedetineerden die een te verwaarlozen vlucht- of maatschappelijk risico
vormen, aan wie een vrijheidsstraf van tenminste zes maanden is opgelegd, die ten minste de helft van de opgelegde vrijheidsstraf hebben ondergaan, geen veroordelingen tot betaling van een geldboete of geldbedrag van meer dan € 226,= hebben openstaan,
een strafrestant hebben van ten minste zes weken en ten hoogste zes maanden en beschikken over een aanvaardbaar verlofadres.

4.2. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. De omstandigheid dat klaagster met het CJIB
een,
overigens inmiddels verlopen, afbetalingregeling heeft getroffen, kan hier, gelet op de hoogte van de boete en de hoogte van de maandelijkse aflossing, niet afdoen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, dr. G.J. Fleers en mr. J.R. Meijeringh, leden, in tegenwoordigheid van mr. L. de Greef, secretaris, op 23 april 2007

secretaris voorzitter

Naar boven