Nummer: 07/211/SGA
Betreft: [klager] datum: 31 januari 2007
De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift van
[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) van de locatie Amerswiel te Heerhugowaard.
Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormelde b.b.i. van 29 januari 2007, inhoudende de oplegging van een disciplinaire straf van het
ter
herselectie aanbieden van verzoeker naar een meer beveiligde inrichting.
De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift d.d. 31 januari 2007 alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur d.d. 31 januari 2007.
1. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat in het kader van het verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en
beslist.
Aan de orde is daarom slechts de vraag of de beslissing waartegen beklag is ingediend in strijd is met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de
(verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing.
Op grond van het bepaalde in artikel 51, eerste lid, van de Pbw, kan de directeur in voorkomende gevallen de navolgende disciplinaire straffen opleggen:
a. opsluiting in een strafcel dan wel een andere verblijfsruimte voor ten hoogste twee weken;
b. ontzegging van bezoek voor ten hoogste vier weken, indien het feit plaatsvond in verband met bezoek van die persoon of personen;
c. uitsluiting van deelname aan een of meer bepaalde activiteiten voor ten hoogste twee weken;
d. weigering, intrekking of beperking van het eerstvolgende verlof;
e. geldboete tot een bedrag van ten hoogste tweemaal het in de inrichting of afdeling geldende weekloon.
Deze in artikel 51, eerste lid, van de Pbw, vermelde opsomming is limitatief. Een disciplinaire straf van voordracht voor herselectie kent de wet niet.
Gelet op het voorgaande moet worden geoordeeld dat de beslissing van de directeur is genomen in strijd met het wettelijk voorschrift van artikel 51, eerste lid, van de Pbw. Het verzoek komt daarom voor toewijzing in aanmerking.
De voorzitter overweegt nog dat de directeur bevoegd is om, indien hij daarvoor termen aanwezig acht, een gedetineerde bij de selectiefunctionaris voor te dragen ter herselectie. Daarvoor is de oplegging van een disciplinaire straf niet vereist.
2. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing van de directeur.
Aldus gedaan door mr. J.W.P. Verheugt, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 31 januari 2007.
secretaris voorzitter