Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/0165/GA, 4 april 2007, beroep
Uitspraakdatum:04-04-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 07/165/GA

betreft: [klager] datum: 4 april 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de penitentiaire inrichting (p.i.) Haaglanden, locatie Zoetermeer,

gericht tegen een uitspraak van 14 december 2006 van de beklagcommissie bij voormelde p.i., gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 9 maart 2007, gehouden in de p.i. Amsterdam, zijn gehoord klager, klagers raadsman mr. J.P.A. van Schaik en [...], directeur van de locatie Zoetermeer.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de afwijzing van klagers verzoek om de beschikking te krijgen over een computer en een usb-stick.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. De directeur van de locatie Zoetermeer ziet geen grond om een uitzondering te maken op artikel 4.5.1.1 van de huisregels, zodat klager op cel kan
beschikken over een computer een een usb-stick. Klager verwijst naar een andere gedetineerde die wel de beschikking heeft over een computer. De beslissing om deze gedetineerde een computer ter beschikking te stellen is genomen in een andere inrichting.
De directie van de locatie Zoetermeer kon niet anders dan in dat geval aan deze voorziening tegemoet te komen omdat de beslissing al door een andere directie was genomen. Die directie heeft destijds die beslissing genomen nadat zij contact heeft gehad
met een rechter die de inrichting heeft bevolen dat zij de rechtsgang niet mocht belemmeren. Voor klager is dit tot op heden niet aan de orde geweest en de directie ziet geen reden om van de huisregels af te wijken. Na de uitspraak van de
beklagcommissie heeft de directie van de locatie Zoetermeer ervoor gezorgd dat klager de beschikking heeft over een laptop. Dit is een laptop die in gebruik is bij het management van de inrichting. De computers in de inrichting zijn namelijk verouderd
en daarmee niet geschikt voor het door klager bedoelde gebruik. De inrichting heeft niet de middelen om een andere computer ter beschikking te stellen.

Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager persisteert in beroep in hetgeen bij de beklagcommissie naar voren is gebracht. Het is in klagers belang dat voor hem een voorziening
wordt verschaft waarmee hij zijn strafzaak op adequate wijze kan voorbereiden. Naar aanleiding van de uitspraak van de beklagcommissie is aan klager een laptop ter beschikking gesteld. Klager is hier nu tevreden mee.

3. De beoordeling
Klager, die als preventief gehechte in het huis van bewaring van de locatie Zoetermeer verblijft, wenst in het kader van de voorbereiding van de behandeling van zijn strafzaak de mogelijkheid van toegang tot het digitaal beschikbare strafdossier. Dit
is
realiseerbaar door klager te laten beschikken over een zogenaamde usb-stick alsmede een computer.

De beroepscommissie acht het met name in het huis van bewaring van belang dat een gedetineerde zo veel mogelijk gelegenheid wordt geboden voor de voorbereiding op het strafproces. Nu het in de inrichting niet is toegestaan om een computer op cel te
houden, had het op de weg van de directeur gelegen om klager op een andere wijze tegemoet te komen. Nu niet aannemelijk is dat de directeur op enige andere wijze dan het verstrekken van een computer op cel is tegemoet gekomen aan het verzoek van klager
te beschikken over zijn digitale dossier, is de beslissing van de directeur niet redelijk en billijk. Het ligt voor de hand dat de directeur in samenspraak met DJI een structurele oplossing zoekt voor gevallen waarin van gedetineerde verdachten
digitale
dossiers beschikbaar zijn. Zo ligt het voor de hand dat zoals bij de televisie bezien wordt of een huurconstructie realiseerbaar is. Het voorgaande betekent niet dat de computer op cel aanwezig moet zijn, maar wel dat een computer voldoende beschikbaar
moet zijn. Gelet hierop zal het beroep van de directeur ongegrond worden verklaard en de uitspraak van de beklagcommissie worden bevestigd.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. M.J.C. van Kamp en mr. M. Boone, leden, in tegenwoordigheid van mr. M. Schinkel, secretaris, op 4 april 2007

secretaris voorzitter

Naar boven