Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/0439/SGB, 28 februari 2007, schorsing
Uitspraakdatum:28-02-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 07/439/SGB

Betreft: [klager] datum: 28 februari 2007

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift, ingediend door mr. E.R. Weening, namens

[...], verder verzoekster te noemen, verblijvende aan de Schoordijk 135 te Rotterdam.

Verzoekster vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 73, vierde lid, juncto artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de tenuitvoerlegging van de beslissing van de selectiefunctionaris d.d. 20 februari 2007 tot beëindiging van verzoeksters
deelname
aan een penitentiair programma (p.p.).

De voorzitter heeft voorts kennis genomen van het bezwaarschrift d.d. 5 februari 2007, van de beslissing op het bezwaarschrift d.d. 20 februari 2007, het op 23 februari 2007 tegen de beslissing van de selectiefunctionaris ingediende beroepschrift,
alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de selectiefunctionaris d.d. 27 februari 2007.

1. De standpunten van verzoekster en de selectiefunctionaris
Namens verzoekster is aangevoerd dat zij meent een gerede kans te maken op hervatting van haar p.p. Voorts is zij bang dat ze, hangende de behandeling van het beroepschrift, zal worden opgepakt door de politie.

Uit de inlichtingen van de selectiefunctionaris komt naar voren dat het p.p. is beëindigd op grond van een verzoek van de PIA Rotterdam, en dat het feitelijk een onttrekking aan detentie betreft waarmee verzoekster zelf haar p.p. heeft beëindigd. Het
bezwaarschrift werd ontvangen op 6 februari 2007. Nu de beslissing dateerde van 12 januari 2007 is het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.

2. De beoordeling
Bij beslissing van 20 februari 2007 is door de selectiefunctionaris op het door verzoekster ingediende bezwaarschrift beslist. In deze beslissing is het bezwaarschrift van verzoekster ongegrond verklaard. Tegen de beslissing op het bezwaarschrift staat
op grond van artikel 72 van de Pbw beroep open. Op grond van het bepaalde in artikel 73, vierde lid, juncto artikel 66, eerste lid van de Pbw kan de voorzitter van de beroepscommissie de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de
selectiefunctionaris waarop het beroep betrekking heeft geheel of gedeeltelijk schorsen.

Aan de voorzitter is gebleken dat de beslissing van 12 januari 2007 tot beëindiging van het p.p. verstuurd is naar de PI Noordsingel in plaats van naar het adres van verzoekster. De termijn waarbinnen bezwaar kan worden ingesteld gaat in, nadat de
ontvanger kennis heeft kunnen nemen van de beslissing. In dit geval is niet duidelijk op welk moment verzoekster kennis heeft kunnen nemen van de beslissing, zodat de voorzitter er ten voordele van verzoekster vooralsnog van uitgaat dat het bezwaar
tijdig is ingediend. Onder deze omstandigheden acht de voorzitter schorsing van de bestreden beslissing in afwachting van de beslissing op het beroepschrift aangewezen.

3. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de beslissing van de selectiefunctionaris.

Aldus gedaan door mr. J.W.P. Verheugt, voorzitter, in tegenwoordigheid van D.C. Carsten, secretaris op 28 februari 2007

secretaris voorzitter

Naar boven