nummer: 06/2833/GA
betreft: [klager] datum: 16 februari 2007
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een uitspraak van 17 oktober 2006 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Ter Apel,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde p.i. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft het feit dat klager geen gebruik mag maken van zijn laptop op zijn cel.
De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht.
Klager wil graag zijn laptop gebruiken ter voorbereiding van zijn strafzaak. De officier van justitie heeft klagers administratie in binnen- en buitenland laten controleren. Van deze cd’s is een kopie gemaakt, welke is toegevoegd aan klagers dossier.
Klager had in de p.i. te Haarlem op zijn cel de beschikking over zijn laptop ter voorbereiding van zijn strafzaak. Daarna is klager overgeplaatst naar Ter Apel, alwaar hij zijn laptop niet op zijn cel mag gebruiken. Klager heeft zijn laptop gekocht
voor
€ 1500,= in de gevangeniswinkel van de p.i. te Breda. Op deze laptop is op zeer eenvoudige wijze de modem uitgeschakeld.
De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet toegelicht.
3. De beoordeling
In de huisregels van de p.i. Ter Apel staat in onderdeel 4.5.1.1 (onder het kopje Verboden voorwerpen) onder meer opgenomen dat het de gedetineerde niet toegestaan is om zend- en communicatieapparatuur onder zijn berusting te houden. Dit is een
algemene
voor alle in de inrichting verblijvende gedetineerden geldende regel. Tegen een dergelijk verbod staat in beginsel geen bezwaar en beroep open, tenzij er sprake zou zijn van strijd met hogere wet- of regelgeving.
De beroepscommissie is met de beklagcommissie van mening dat een laptop als de onderhavige valt onder het begrip zend- en communicatieapparatuur. Aangezien het beklag ingaat tegen voor alle gedetineerden geldende regelgeving en van strijd met hogere
wet- of regelgeving niet gebleken is, komt de beroepscommissie tot het oordeel dat klager niet had behoren te worden ontvangen in zijn beklag. De uitspraak van de beklagcommissie kan daarom niet in stand blijven en klager zal alsnog niet-ontvankelijk
worden verklaard in zijn beklag.
4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag.
Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en mr. J.R. Meijeringh, leden, in tegenwoordigheid van mr. M. Schinkel, secretaris, op 16 februari 2007
secretaris voorzitter