Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 06/2296/GA, 19 januari 2007, beroep
Uitspraakdatum:19-01-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Vermissing  v

Uitspraak

nummer: 06/2296/GA

betreft: [klager] datum: 19 januari 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 18 augustus 2006 van de beklagcommissie bij de locatie De Berg te Arnhem, betreffende de vermissing van goederen na overplaatsing van de locatie De Berg naar de penitentiaire inrichting (p.i.) Oosterhoek te Grave,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de vermissing van goederen na een overplaatsing van locatie De Berg te Arnhem naar de penitentiaire inrichting (p.i.) De Oosterhoek te Grave.

De beklagcommissie heeft zich onbevoegd verklaard om van het beklag kennis te nemen, als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De beoordeling
Klagers grief tegen de uitspraak van de beklagcommissie komt er op neer, dat die commissie ten onrechte heeft geconcludeerd, dat alle goederen van klager bij gelegenheid van zijn overplaatsing door de locatie De Berg zijn opgestuurd naar de p.i.
Oosterhoek ten blijke waarvan door laatstgenoemde inrichting de desbetreffende vrachtbrief zou zijn afgetekend. Die vrachtbrief heeft betrekking op één doos met privé artikelen. Al zijn eigendommen zouden niet in die ene doos gepast hebben, aldus
klager. Ter onderbouwing van zijn stelling, dat hij nog drie tassen met inhoud mist, verwijst klager naar het inkomsten- en fouilleringsformulier van de locatie De Berg. Daarop staat vermeld “in fouillering: vier tassen” en “op rek: één tas (met
doorhaling)”en ook nog “bij overplaatsing zijn één (doorhaling) dozen verzegeld nagestuurd”. Klager zou inderhaast zijn overgeplaatst; de resterende goederen, waaronder nog een telefoonadapter, zouden worden nagestuurd. In goed vertrouwen, dat dat in
orde zou komen, heeft klager getekend. Die goederen zijn niet nagestuurd en dus ook niet in de p.i. Oosterhoek ontvangen.

De beroepscommissie zal de zaak terugwijzen naar de beklagcommissie bij de locatie De Berg te Arnhem ter nadere behandeling van de uit het vorenstaande voortvloeiende vraagpunten.

3. De uitspraak
De beroepscommissie wijst de zaak terug naar de beklagcommissie bij de locatie De Berg te Arnhem ter nadere behandeling zoals hiervoor overwogen.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. M. Schinkel, secretaris, op 19 januari 2007

secretaris voorzitter

Naar boven