Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 06/2596/GB, 20 december 2006, beroep
Uitspraakdatum:20-12-2006

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 06/2596/GB

Betreft: [klager] datum: 20 december 2006

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 5 oktober 2006 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 25 oktober 2005 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis/ ISD Nieuw Vosseveld te Vught.

3. De standpunten
3.1. Het beroep tegen de afwijzing van het verzoek tot overplaatsing naar een b.b.i. is door klager als volgt toegelicht.
Klager is zonder reden in Vught geplaatst. Omdat hij weigert mee te werken aan het programma Terugdringen Recidive (TR) mag hij nu niet met verlof en mag hij ook niet worden overgeplaatst. Klager vindt dit niet normaal en wil dat er iets aan gedaan
wordt.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager weigert deelname aan TR. De consequenties hiervan zijn aan hem medegedeeld. Conform de uitvoeringsregeling TR wordt er bij weigering tot deelname niet verder gefaseerd dan plaatsing in een gesloten inrichting en worden aanvragen in het kader van
Algemeen verlof (en regimair verlof) afgewezen.

4. De beoordeling
4.1. Op grond van artikel 3 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (15 augustus 2000, nummer 5042803/00/DJI), die op 1 oktober 2000 in werking is getreden, komen naast zelfmelders voor plaatsing in een beperkt
beveiligde inrichting in aanmerking gedetineerden die een beperkt vlucht- en maatschappelijk risico vormen, een strafrestant hebben van maximaal achttien maanden en beschikken over een aanvaardbaar verlofadres.

4.2. In de Memorie van Toelichting op dit artikel staat dat bij de plaatsing in zeer beperkt en beperkt beveiligde inrichtingen de beoordeling of de gedetineerde geschikt is tot terugkeer in de samenleving een belangrijke rol speelt. Indicator bij
de
beoordeling daarvan is of de gedetineerde reeds eerder tijdens de huidige detentie met goed resultaat bewegingsvrijheid (onbegeleid) buiten de inrichting heeft genoten (algemeen verlof, schorsing van de preventieve hechtenis, incidenteel verlof,
strafonderbreking), alsmede of zich daarna omstandigheden hebben voorgedaan die aan deze indicator ernstig afbreuk doen. Gelet op het open karakter van de inrichting of afdeling spelen de aard, zwaarte en achtergrond van het gepleegde delict en de
persoonlijkheid van de gedetineerde een rol bij de beoordeling of betrokkene geschikt is voor plaatsing in een zeer beperkt of beperkt beveiligde inrichting of afdeling.

4.3 Één van de uitgangspunten van TR houdt in, dat niet meedoen aan een TR-traject voor de gedetineerde als consequentie heeft dat de detentiefasering niet verder gaat dan een beperkt beveiligde inrichting zonder verlof (Programma Terugdringen
Recidive, DJI, z.j., p. 12).

4.4 De beslissing zoals deze door de selectiefunctionaris is gemotiveerd kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als redelijk of billijk worden aangemerkt. Het enkele feit dat klager weigert om deel te nemen aan het
TR-traject, hoeft volgens het in 4.3 bedoelde programma niet tot gevolg te hebben dat hij om die reden niet in aanmerking kan komen voor plaatsing in een b.b.i.
Derhalve dient de bestreden beslissing te worden vernietigd. De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van D.C. Carsten, secretaris, op 20 december 2006

secretaris voorzitter

Naar boven