Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/3017/TA, 16 maart 2006, beroep
Uitspraakdatum:16-03-2006

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 05/3017/TA

betreft: [klager] datum: 16 maart 2006

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 30 november 2005 van de alleensprekende beklagrechter bij de Dr. S. van Mesdagkliniek te Groningen, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft het hoofd van de inrichting in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. N.A. Heidanus om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de tbs-behandeling in de inrichting, die klager ziet als geestelijke foltering.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Klager heeft in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. De tbs-behandeling is in strijd met de rechten van de mens.

Het hoofd van de inrichting heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
De beroepscommissie komt tot het oordeel dat de beklagrechter op goede gronden en met juistheid op het beklag heeft beslist. De wijze waarop de inrichting uitvoering geeft aan de tbs-behandeling is niet vatbaar voor beklag. Hetzelfde geldt voor een
eventueel voornemen van het hoofd van de inrichting om klager bij de Minister van Justitie aan te melden voor plaatsing in een longstayvoorziening.
Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

Ten overvloede wordt nog overwogen dat klager wel in beroep kan gaan bij de beroepscommissie tegen een schriftelijke beslissing van de Minister van Justitie tot het plaatsen van klager in een longstayvoorziening.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. S.L. Donker, voorzitter, drs. G.A.M. Mensing en mr. J.M. van der Vaart, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 16 maart 2006

secretaris voorzitter

Naar boven