Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/1735/TA, 30 december 2005, beroep
Uitspraakdatum:30-12-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 05/1735/TA

betreft: [klager] datum: 30 december 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 30 juni 2005 van de beklagcommissie bij tbs-kliniek De Kijvelanden te Poortugaal, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 10 november 2005, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam, zijn gehoord klager, en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting, [...], hoofd behandeling, en [...], waarnemend hoofd
behandelingsrapportage.

Op 17 november 2005 ontving het secretariaat van de Raad een nadere toelichting van het hoofd van voormelde tbs-inrichting.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de beslissing klager te separeren na binnenkomst in de inrichting.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Klager heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt – zakelijk weergegeven - als volgt toegelicht. Klager is zonder dat daarvoor een reden was, direct na zijn overplaatsing van F.P.K. Oldenkotte naar tbs-kliniek De Kijvelanden
gesepareerd. Hem is medegedeeld dat hij in de separeerunit moest anders ‘zou hem dat berouwen’. Men had hem op een gewone afdeling moeten observeren. Klager heeft een aantal maanden gesepareerd gezeten. Ook in F.P.K. Oldenkotte is klager gesepareerd
omdat er geen kamer vrij was. Op 22 oktober 2004 is klager zonder enig papier, geplaatst in F.P.C. Veldzicht. Veel dingen kloppen volgens hem niet. Hij wil graag overgeplaatst worden in verband met bezoek van zijn moeder.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager is op 29 maart 2005 overgeplaatst vanuit de F.P.K. Oldenkotte omdat de behandelrelatie tussen klager, die de status van
extreem vlucht- en beheersgevaarlijk heeft, en F.P.K. Oldenkotte vast liep. Voordat klager op een reguliere afdeling kon worden geplaatst wilde de inrichting gelet op klagers status en voorgeschiedenis, inzicht verkrijgen in de persoon van klager. Het
evenwicht van tbs-verpleegden met een sterretjesstatus is in het algemeen fragiel, op grond waarvan de inrichting de betrokkenen na binnenkomst in de inrichting in de separeercel observeert bij inschatting dat dat verstandig is. Er bestaat geen
protocol
voor het separeren van tbs-verpleegden met een sterretjesstatus. Op basis van informatie die van de F.P.K. Oldenkotte was ontvangen en op basis van een individuele inschatting van klager bij binnenkomst in de inrichting, is besloten klager te
separeren.
Klager is hierbij gehoord door het hoofd van de inrichting en de psychiater. Vervolgens is dagelijks een inschatting gemaakt of klager geschikt was om te worden geplaatst op de afdeling. Op 12 april 2005 is klager geplaatst op de afdeling Olivijn nadat
was gebleken dat met hem weer een gesprek kon worden gevoerd. Op deze afdeling is aan klager een afzonderingsmaatregel opgelegd. Daardoor lijkt het wellicht alsof de separatie langer heeft geduurd.

3. De beoordeling
Op grond van artikel 34, eerste lid juncto artikel 32, eerste lid, onder a en b. Bvt is het hoofd van de inrichting bevoegd een verpleegde te separeren, indien dit noodzakelijk is met het oog op de bescherming van de maatschappij tegen de
gevaarlijkheid
van de verpleegde voor de veiligheid van anderen dan de verpleegde of de algemene veiligheid van personen of goederen, danwel de handhaving van de orde of veiligheid in de inrichting. Uit de aan klager uitgereikte schriftelijke mededeling van 29 maart
2005 blijkt niet dat klager is gehoord alvorens de beslissing is genomen. In de nadere toelichting van 17 november 2005 van het hoofd van de inrichting wordt gesteld dat klager bij binnenkomst in de inrichting is gehoord door het hoofd van de
inrichting
en de psychiater. Op grond hiervan moet worden geconcludeerd dat aan de in artikel 53, eerste lid, onder b, Bvt neergelegde hoorplicht is voldaan. De beroepscommissie geeft het hoofd van de inrichting in overweging in het vervolg in de schriftelijke
mededeling te vermelden of klager is gehoord.

Uit de stukken en de namens het hoofd van de inrichting ter zitting gegeven toelichting is gebleken dat de beslissing om klager te separeren is genomen op basis van informatie van de F.P.K. Oldenkotte en op basis van een individuele inschatting van
klager bij binnenkomst in de inrichting. Alhoewel niet duidelijk naar voren is gekomen op basis van welke concrete bevindingen het hoofd van de inrichting heeft besloten klager te separeren, kan deze beslissing op grond van de gegeven toelichting ter
zitting en het gegeven dat aan klager de sterretjesstatus is toegekend, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Hierbij neemt de beroepscommissie in aanmerking dat dagelijks een
inschatting is gemaakt of klager kon worden overgeplaatst naar een reguliere afdeling. Hetgeen in beroep is aangevoerd kan derhalve naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het
beroep
zal ongegrond worden verklaard.

De beroepscommissie wenst nog wel op te merken dat het wenselijk is in het vervolg bevindingen en conclusies op grond waarvan een beslissing door of namens het hoofd van de inrichting wordt genomen op schrift te stellen.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr.drs. F.A.M. Bakker, voorzitter, mr.drs. T.A.M. Louwe en dr. E.B.M. Rood-Pijpers, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 30 december 2005

secretaris voorzitter

Naar boven