Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/1534/JBT, 2 december 2005, beroep
Uitspraakdatum:02-12-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 05/1534/JBT (tegemoetkoming)

betreft: [klager] datum: 2 december 2005

UITSPRAAK

van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj).

[...], verder klager te noemen, heeft beroep ingesteld tegen een op 4 maart 2005 genomen beslissing van de selectiefunctionaris tot ongegrondverklaring van klagers bezwaarschrift gericht tegen de beslissing om hem over te plaatsen naar de
opvanginrichting
Het Keerpunt te Cadier en Keer.

Bij uitspraak van 12 september 2005 (05/1534/JB) heeft de beroepscommissie het beroep materieel gegrond verklaard en de beslissing over een eventuele tegemoetkoming aangehouden in afwachting van informatie van klager over eventueel opgelopen
achterstand
in de behandeling.

Klager verbleef in de behandelinrichting Harreveld en is op 21 januari 2005 overgeplaatst naar de opvanginrichting Het Keerpunt. Op 3 maart 2005 is hij geplaatst in de behandelinrichting De Sprengen te Zutphen.

De selectiefunctionaris is in de gelegenheid gesteld zijn visie op de vast te stellen tegemoetkoming te geven. Bij brief van 26 oktober 2005, die op 31 oktober 2005 is ontvangen, heeft de selectiefunctionaris aangegeven een tegemoetkoming van € 50,= op
zijn plaats te vinden.

Beoordeling
Uitgangspunt voor de beslissing van de selectiefunctionaris tot overplaatsing van klager naar de opvanginrichting Het Keerpunt was het advies van Harreveld van 16 februari 2005. In dit advies werden de redenen, die noodzaakten tot klagers
overplaatsing,
naar het oordeel van de beroepscommissie onvoldoende concreet aangegeven. Volgens het advies diende klager aan bepaalde voorwaarden te voldoen zonder dat deze nader werden geconcretiseerd. Klager, die zich in de eindfase van zijn behandeling bevond en
een resocialisatietraject was gestart, diende na zijn overplaatsing naar een opvanginrichting van voren af aan te beginnen.
Indien de rechtsgevolgen van een vernietigde beslissing niet meer ongedaan te maken zijn, kan in daarvoor in aanmerking komende gevallen een tegemoetkoming worden vastgesteld voor het door betrokkene ondervonden ongemak. De beroepscommissie gaat er
vanuit dat ten gevolge van de beslissing van de selectiefunctionaris tot overplaatsing naar Het Keerpunt klagers resocialisatietraject is verstoord en dat er derhalve redelijkerwijs van uitgegaan dient te worden, dat klager behandelachterstand heeft
opgelopen. Voor een zodanig niet meer ongedaan te maken gevolg acht de beroepscommissie een tegemoetkoming passend van
€ 600,= voor elke maand dat klager ten onrechte in Het Keerpunt heeft verbleven. In klagers geval is dat vanaf 21 januari 2005 tot 3 maart 2005, een periode van een maand en tien dagen. Zoals gebruikelijk in de rechtspraak wordt een periode van 0 tot
15
dagen op 0 dagen afgerond en een periode van 16 tot 30 dagen op 30 dagen, zodat klager recht heeft op een tegemoetkoming voor één maand.
De beroepscommissie acht het wenselijk dat deze tegemoetkoming geoormerkt wordt en gereserveerd wordt voor bijvoorbeeld bijzondere onkosten als klager zelfstandig zou gaan wonen, voor inrichting van zijn woning, of bijvoorbeeld voor scholing

Beslissing
De beroepscommissie bepaalt dat aan klager een geldelijke, geoormerkte - als hiervoor vermelde - tegemoetkoming toekomt van € 600,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. D.A. Flinterman, voorzitter, dr. M. Smit en prof. mr. P. Vlaardingerberoek, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 2 december 2005

secretaris voorzitter

Naar boven