Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/2108/GB, 27 oktober 2005, beroep
Uitspraakdatum:27-10-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 05/2108/GB

Betreft: [klager] datum: 27 oktober 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 17 augustus 2005 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar het huis van bewaring voor psychologisch onvolwassenen (jovo-h.v.b.) De Marwei te Leeuwarden ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 17 mei 2005 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte in het h.v.b. De Marwei te Leeuwarden. Op 19 september 2005 is hij overgeplaatst naar het jovo-h.v.b. De Marwei.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Klager wil niet naar het jovo-h.v.b. De Marwei. Hij wil graag in Groningen geplaatst worden. Als hij in het jovo-h.v.b. geplaatst wordt, zal het niet goed met hem komen. Voor hem is het beter als hij regelmatig bezoek krijgt. In Leeuwarden krijgt hij
maar één keer per maand bezoek.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Op basis van de in het h.v.b. De Marwei afgenomen indicatiestelling is klager geselecteerd voor plaatsing in een jovo-h.v.b. Klager heeft bij de indicatiestelling aangegeven niet te willen meewerken. Dat niet willen meewerken houdt voor de
selectiefunctionaris in dat klager gelet op zijn leeftijd in aanmerking komt voor plaatsing in een jovo-h.v.b. Daarnaast scoort klager duidelijk op de tekortkoming “kwetsbaarheid”. Ook om die reden komt klager in aanmerking voor plaatsing in een
jovo-h.v.b. Klager heeft in zijn bezwaarschrift aangegeven liever in het h.v.b. Groningen geplaatst te willen worden in verband met de voor hem meer uitgebreide bezoekmogelijkheden. Omdat het h.v.b. Groningen geen jovo-afdeling heeft, kan niet aan
klagers wens tegemoet worden gekomen. Het jovo-h.v.b. is het dichtst bij Groningen gelegen jovo-h.v.b. De reisafstand
Leeuwarden – Groningen wordt door de selectiefunctionaris alleszins acceptabel geacht voor eventuele bezoekers van klager.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Volgens artikel 16 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden worden in inrichtingen of afdelingen voor de bijzondere opvang van psychologisch onvolwassenen onder meer gedetineerden geplaatst die ouder zijn dan 17
jaar en die zich door hun gedrag kenmerken als psychologisch onvolwassen. Uit het handboek voor de bijzondere opvang van psychologisch onvolwassen mannen binnen het gevangeniswezen (Ministerie van Justitie, Dienst Justitiële Inrichtingen, augustus
2001)
kan worden afgeleid dat psychologische onvolwassenheid zich in algemene zin kenmerkt door een gebrek aan vaardigheden die noodzakelijk zijn voor een goede persoonlijke ontwikkeling. Daarbij komt dat gedetineerden in de leeftijd van 16 tot (indicatief)
24 jaar zich in het algemeen in een relatief kwetsbare periode van hun ontwikkeling bevinden. Om te bepalen of een gedetineerde is gebaat bij plaatsing in een inrichting voor psychologisch onvolwassenen vindt indicatiestelling plaats

4.3. De beroepscommissie stelt vast dat klager, gelet op de tekst van artikel 16 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden aanhef en onder b, qua leeftijd valt onder de categorie gedetineerden die in een jovo-inrichting
kunnen worden geplaatst. Voorts is uit klagers indicatiestelling gebleken dat hij een tekortkoming heeft voor wat betreft kwetsbaarheid. Voorts heeft klager niet willen meewerken aan een verdere indicatiestelling. Hij wordt bovendien verdacht van het
plegen van een (ernstig) geweldsdelict. Dit maakt dat hij eveneens voldoet aan het tweede criterium van artikel 16 van de Regeling. Tegen de achtergrond van het onder 4.2 overwogene komt de beroepscommissie tot het oordeel dat de beslissing van de
selectiefunctionaris niet in strijd is met de wet en, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen evenmin als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. Hetgeen klager heeft aangevoerd over de bezoekmogelijkheden is – met name nu klager in
aanmerking komt voor plaatsing in een jovo-h.v.b. en het jovo-h.v.b. De Marwei het dichtstbijzijnde jovo-h.v.b. in de omgeving van Groningen is – onvoldoende zwaarwegend om tot een ander oordeel te kunnen komen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 27 oktober 2005

secretaris voorzitter

Naar boven