Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/0996/TA, 12 augustus 2005, beroep
Uitspraakdatum:12-08-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 05/996/TA

betreft: [klager] datum: 12 augustus 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.C. de Goeij, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 21 april 2005 van de alleensprekende beklagrechter bij de tbs-kliniek De Kijvelanden te Poortugaal, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 6 juli 2005, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam, zijn gehoord klagers raadsvrouw mr. M.R. Jöbsis en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...], hoofd behandeling.

Klager heeft telefonisch medegedeeld dat hij afstand doet van het recht om ter zitting te verschijnen.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de wijze waarop het hoofd van de inrichting klagers zak- en kleedgeld beheert.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Namens klager is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt toegelicht overeenkomstig de pleitnotities van de raadsvrouw, welke zij aan de beroepscommissie heeft overgelegd en die aan deze beslissing zijn gehecht. De inhoud ervan
dient
als hier ingelast te worden beschouwd.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Het financieel beheer is in handen gesteld van het hoofd van de inrichting maar klager heeft wel inspraak in de wijze waarop hij
zijn geld wenst te besteden. Hij mag € 35,= per week op kamer hebben, maar in totaal niet meer dan € 70,=. Bij grotere uitgaven wordt gecontroleerd of er schulden openstaan. Er zijn altijd afspraken te maken indien klager over meer geld wenst te
beschikken. Voor opname van een groter bedrag moet wel een reden worden opgegeven. Iedere twee maanden wordt een overzicht gegeven. De regelgeving geldt voor iedere tbs-gestelde in de inrichting.

3. De beoordeling
De beklagrechter heeft klager, naar de beroepscommissie begrijpt, niet-ontvankelijk in zijn beklag verklaard omdat klager zijn beklag in te algemene termen heeft omschreven. Inmiddels is het beklag in beroep nader toegelicht door klagers raadsvrouw.
Klager is het niet eens met de wijze waarop het hoofd van de inrichting klagers zak- en kleedgeld beheert.

Op het beheer van het eigen geld van de verpleegde is de hieronder vermelde regelgeving van toepassing.

Uit artikel 45 Bvt volgt dat bij of krachtens algemene maatregel van bestuur regels gesteld kunnen worden tot het beheer van het eigen geld van de verpleegde, waaronder begrepen de vergoeding voor het verrichten van werkzaamheden en het arbeidsloon (...)
en de besteding daarvan door verpleegden, alsmede het zak- en kleedgeld.

Artikel 40, tweede lid, van het Reglement verpleging ter beschikking gestelden (Rvt) bepaalt dat het beheer van het eigen geld van de verpleegde berust bij het hoofd van de inrichting, tenzij in het verplegings- en behandelingsplan anders is bepaald.

Voorts is van toepassing het model beloningsysteem verpleegden d.d. 18 oktober 2000, nr. 50514167/DJI en het Besluit zak- en kleedgeld d.d. 10 oktober 2000, nr. 5054171/00/DJI, nader gewijzigd bij het Wijzigingsbesluit d.d. 30 december 2003, nr.
5249494/03/DJI.

In de Kliniekregels van de Kijvelanden is onder 6.8.1 onder 3 en 4 bepaald dat het beheer van het eigen geld van patiënten berust bij het hoofd van de inrichting, tenzij in het verplegings- en behandelingsplan anders is bepaald. Het beheer van geld van
de patiënt op zijn interne rekening-courant, zijn spaarrekening en het geld in contanten dat de staf of de patiënt onder zich heeft, berust bij het hoofd van de inrichting.

Naar het oordeel van de beroepscommissie heeft klagers beklag betrekking op algemene regelgeving en betreft het beklag geen individuele jegens hem genomen beklagwaardige beslissing als vermeld in artikel 56 Bvt of artikel 57 Bvt.

Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard met wijziging van de gronden.

Overigens is er geen sprake van schending van het eigendomsrecht als aangevoerd door de raadsvrouw, aangezien bovenvermelde bepalingen klagers eigendomsrecht op zichzelf onverlet laten.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met wijziging van de gronden.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. N. Jörg, voorzitter, mr. J.M. van der Vaart en drs. B. van Dekken, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 12 augustus 2005.

secretaris voorzitter

Naar boven