Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/1802/GV, 26 augustus 2005, beroep
Uitspraakdatum:26-08-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 05/1802/GV

betreft: [klager] datum: 26 augustus 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.M. Karstens, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 28 juli 2005 genomen beslissing van de Minister van Justitie (de Minister),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Minister in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman om zijn beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Minister heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van strafonderbreking afgewezen.

2. De standpunten
Namens klager is aangevoerd dat zijn verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting ten onrechte is afgewezen. Dit is als volgt toegelicht. Klager heeft bij hoge uitzondering gedurende zijn detentie de beschikking gekregen over een woning. Ten
behoeve van de inrichting van de woning dient een groot aantal zaken te worden aangeschaft. Klager kan niet alles nieuw aanschaffen en dient een zoektocht te starten. Aan de woning dient het nodige te gebeuren. Het is niet juist dat er vanuit een zeer
beperkt beveiligde inrichting voldoende mogelijkheden zijn om de woning bewoonbaar te maken. Klager zal gedurende de hem toegestane vrijheden gebruik moeten kunnen maken van een bewoonbare woning ook in verband met het weer oppakken van sociale
contacten. De beslissing is niet op zorgvuldige wijze tot stand gekomen en kan niet in stand blijven.

Namens de Minister is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
De regelgeving voorziet niet in het geven van strafonderbreking op deze grond. Voorts komt klager binnen afzienbare tijd in aanmerking voor selectie voor een inrichting met regimair verlof. De locatie Zoetermeer heeft daartoe al actie ondernomen.
Tijdens regimaire verloven heeft klager ruimschoots de tijd om werkzaamheden in zijn huis te verrichten. Dat regimaire verloven hier niet voor bedoeld zijn wordt tegengesproken. Strafonderbreking kan enkel worden verleend als niet volstaan kan worden
met een andere vorm van verlof.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van de locatie Zoetermeer heeft negatief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag.
De officier van justitie bij het arrondissementsparket te Den Haag heeft aangegeven akkoord te gaan met verlofverlening.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van vijf jaar met aftrek, wegens opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet en valsheid in geschrift. Aansluitend dient hij een gevangenisstraf van achttien maanden te ondergaan. De wettelijk vroegst mogelijke
v.i.-datum valt in maart 2007.

Krachtens artikel 34 van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting van 24 december 1998, nr. 733726/98/DJI (hierna: de Regeling), kan strafonderbreking worden verleend wegens zodanig bijzondere omstandigheden in de persoonlijke sfeer dat niet
kan
worden volstaan met een andere vorm van verlof. Van dergelijke bijzondere omstandigheden is in het onderhavige geval niet gebleken. Hierbij is in aanmerking genomen dat klager omstreeks september 2005 regimair verlof zal worden verleend en dat hij dit
regimair verlof kan aanwenden om zijn woning op te knappen en inboedel en andere huisraad aan te schaffen. Gelet op het vorenstaande is de beslissing van de Minister niet in strijd met de wet en kan deze, bij afweging van alle in aanmerking komende
belangen evenmin als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. A.G. Bosch en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 26 augustus 2005

secretaris voorzitter

Naar boven